J eugdherinneringen
Het is dit jaar 50 jaar geleden dat Zierikzee door
een ingrijpend voorval werd getroffen.
Een reusachtige gebeurtenis ging in mijn leven
verandering brengen. Vele herinneringen komen
in mij op. Van wat ik op dertien - jarige leeftijd
beleefde, wil ik u hieronder deelgenoot maken.
"De eerste evacuatie"
Op 17 februari 1944 pakte ik mijn schooltas en
keek of ik de juiste boeken en schriften bij me
had. Ik had mijn huiswerk af en alles goed gere
peteerd.
Opgewekt trok ik de voordeur achter me dicht
en liep de Manhuisstraat in om naar de
M. U. L. O. te gaan die om half negen begon.
Aan het einde van de straat zag ik een groep
mensen bij de zijgevel van het postkantoor
staan. Toen ik dichter bij kwam bleek dat zij op
gewonden stonden te praten. Nieuwsgierig liep
ik er op af. Aan de muur was een plakaat ge
plakt met een tekst die de opschudding ver
oorzaakte. Zierikzee moest evacueren. Vóór 5
maart moest iedereen de stad verlaten hebben.
Er ging een schok door me heen. Mijn eerste re
actie als kind was natuurlijk: hé, niet naar
school. Maar meteen daarop vroeg ik me af
welk avontuur me te wachten stond. Vlug rende
ik naar het Kerkhof en net toen ik daar bij de
school aan kwam, stapte het Hoofd van de
M. U. L. O., de heer Broere. naar buiten en
bleef op de bovenste trede van de ingang staan
zodat hij iedereen kon overzien. Hij deelde
mede wat ik net gelezen had. Met een trieste
glimlach wenste hij ons het beste toe en zei dat
de school gesloten ging worden. Hij verzocht
wel de schoolboeken te komen inleveren en
rustig naar huis te gaan. Aan de verwarring ten
prooi rende ik naar huis en vertelde daar het
verrassende nieuws. Tussen de middag kwam
mijn vader thuis met het bericht dat er ook
mensen mochten blijven om de drukkerij, waar
hij werkte, draaiende te houden. Wie, dat wist
hij niet. En ik wist niet wat ik er van moest den
ken. Het ene moment wilde ik dat we mochten
blijven, wat moest ik ergens ver weg? Het ande
re moment trok mijn kinderhart naar het avon
tuur, ik kon immers de consequenties nog niet
overzien. Ik werd wel meteen op koffers uitge
stuurd en vond ze nog ook, maar de prijs was
hoger dan ik mocht uitgeven. Natuurlijk werd ik
wel meteen teruggestuurd naar de winkel voor
dat ze al aan een ander waren verkocht.
De maatregelen kwamen in een stroomversnel
ling. Mijn vader moest blijven, want gedrukt
moest er altijd worden. Maar mijn moeder, mijn
zusjes en ik moesten wel weg. Je zag de hele
dag mensen druk sjouwen met alle mogelijke
bagage. Ook wij. Mijn vader en ik vertrokken
per fiets om een paar koffers naar Bergen op
Zoom te brengen. Ik reed op moeders fiets en
dat was een heel karwei met zo'n zware koffer
achterop. De damesfiets zwiepte door het
gewicht van de vracht heen en weer. Op Zijpe
voeren we naar de overkant met een klein boot
je van de firma Maas. Het ding was eivol.
Alle fietsen lagen op het achterdek tegen de rai
ling en halverwege de overtocht begonnen ze te
schuiven, maar gelukkig vielen ze niet over
boord. Op Anna Jacobapolder aangekomen,
reden we naar Steenbergen en daar konden we
even uitrusten in het Hotel van Tilburg.
Maar dan voel je pas goed hoe moe je bent. Na
tuurlijk liet ik me niet kennen en we reden weer
verder. Op het stationsplein in Bergen op Zoom
moesten we de koffers in een hotel neerzetten.
Een oom uit Rotterdam zou ze daar dan wel op
halen.
Doordat ik pas een zusje gekregen had, mochten
mijn moeder en de kleine met het ziekenvervoer
mee. Mijn oudste zus was al door een familielid
meegenomen. Maar ik moest alleen reizen.
Mijn ouders zagen dat niet zitten. Mijn moeder
weigerde daarom te vertrekken en na lang aan
houden moest ik ook met dat zelfde zieken
vervoer mee. Op een middag verscheen, zo rond
vier uur, een autobus voor de deur en daar gin
gen we dan naar Zijpe, waar we aan boord gin
gen van een passagiersschip. Om aanvallen van
de Britse luchtmacht te voorkomen, mocht deze
echter overdag niet varen, ze zou dus pas ver
trekken als het donker was. Voorin zaten de be
jaarden en op het achterdek lagen de zieken. Het
484