g) mW> OD Od qd OD cmn®> (i® Od OD Od Een ontmoeting met Ereburger van Bruinisse, Stoffel Adriaan Jumelet Azn, geboren op 17 juli 1910 in Bruinisse. „Bruënëaer" in hart en nieren, met een grote staat van dienst op sociaal-maatschap pelijk gebied. Oud raadslid, wethouder en waar nemend burgemeester. In zijn dorp vooral be kend vanwege zijn journalistieke bezigheden, zijn werk als kassier voor de vroegere Boerenleenbank en zijn jarenlange arbeid in dienst van de Nederlands Hervormde Kerk. Zowel op plaatselijk als op provinciaal niveau. Hij stamt, hoe kan het anders ,,op Bru" uit een geslacht van mosselvissers. Zijn echtgenote is J. Jumelet. het echtpaar kreeg vijf kinderen. Stoffel Jumelet is zelf geen mosselvisser ge worden. Zijn grootvader en zijn moeder waren correspondenten van regionale en provinciale bladen. Hij trad in hun voetspoor en werd ver slaggever. Voor de N.R.C. schreef hij wekelijks berichten over het verloop van de mosselhandel vanuit Bruinisse naar Engeland en België. Voor de tweede wereldoorlog was er vanuit Bruinisse een bloeiende mossel- en oesterhandel met die twee landen. Ook was hij actief als correspon dent voor de Zierikzeesche Nieuwsbode en voor de voorloper van het ANP, persbureau Vaz Diaz, verzorgde hij verslaggeving. Jumelet: „Er was altijd voldoende berichtge ving op Bru voor een verslaggever. Bruinisse lag op de vaarroute Rotterdam Antwerpen, dus er kwam hier veel scheepvaart langs en altijd gebeurde er wel het een of ander. Als het mistig was of het stormde dan deden er zich nogal eens ongelukken voor. Vooral in de bietentijd was het druk en dan met novemberstormen of ander slecht weer kwamen er vaak schepen in nood. De „Minister Lelie" van de veerdienst naar Rotterdam fungeerde dan wel eens als red dingsboot. Omdat het Hellegat een beruchte plaats op de scheepvaartroute was, pikte de „Minister Lelie" in de „peetied" nogal eens drenkelingen op. Ik maakte van al die gebeurte nissen berichten voor de diverse kranten." Jumelet verloor al vroeg zijn ouders. Zijn moe der toen hij dertien en zijn vader toen hij eenen twintig was. „Het mosselbedrijf van mijn vader was niet zo groot." vertelt hij. „Ik voelde er niets voor om het over te nemen. Ik was er niet zo geschikt voor. Ik hield meer van administra tief werk. Al mijn kameraden werkten wel in de mosselhandel, zo bleef ik toch betrokken bij dat wereldje en begon er over te schrijven. Bij juf frouw A. C. de Koning behaalde ik mijn diplo ma's als boekhouder. Zij was heel bekend op Bru en gaf veel mensen les in correspondentie en boekhouden. Ze werkte in de textielwinkel van haar vader en 's avonds gaf ze les. In 1926 werd ik bij drukkerij Lakenman en Ochtman in Zierikzee aangenomen, als boekhouder voor een salaris van 25 per maand." 606

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1996 | | pagina 24