Jaarverslag van de redactiecommissie jaarboek over 1996
geeft aan dat Momumentenzorg ook een be
langrijke stem heeft. Veranderingen worden
door de autochtonen betaald. Hij wijst op het
feit dat oude mensen ook monumenten zijn en
dat daar ook voor gezorgd moet worden.
De voorzitter sluit de discussie.
9. Pauze
10. Lezing door dr. Jan Zwemer
Jan Zwemer geeft in het dialect een inleiding
over taalgebruik en dialect. Zijn serieuze maar
toch ook zeer humoristische lezing is doorspekt
met prachtige, zeer illustratieve voorbeelden
van het Zeeuwse dialect en het taalgebruik.
Hij legt het accent op het beeldend taalgebruik.
Jan Zwemer ziet zichzelf als tolk en tussenper
soon en wil het dialect voor de niet-dialectspre-
ker verstaanbaar maken. De niet-dialect spreker
moet echter wel moeite doen om het dialect te
verstaan en te begrijpen. Volgens Zwemer is
het dialect de taal van het hart. In het dialect
kunnen mensen zich beter uitdrukken en wor
den intermenselijke verhoudingen aangegeven.
Het 'Woordenboek der Zeeuwse dialecten"
geeft niet alleen losse dialectwoorden, maar
plaatst voorbeeldzinnen 0111 de betekenis van de
woorden te verklaren. In de taal ligt ook de cul
tuur verborgen. Hoeveel Zeeuwse dialectwoor
den zijn niet uit de landbouw en de visserij ont
staan en geven de praktijk van alle dag weer.
De Zeeuwse dialecten hebben een zeer beel
dend karakter. Helaas is het dialect op zijn re
tour. Hoewel in de muziek de eigen taal op dit
moment een opleving doormaakt. De kans voor
het behoud ligt ook aan de levendigheid van het
dialect. Elke dag verschijnen nieuwe uitdruk
kingen en nieuwe beeldspraken. Ook nu kun je
in het dialect de neerslag van dit moment zien.
In het tweede gedeelte van zijn lezing leest Jan
Zwemer diverse verhalen voor uit zijn eigen
werk en geeft het publiek inzicht in de manier
waarop hij zijn vertellingen en sprookjes maakt
of 'verzeeuwst'.
Aan het eind van de lezing bedankt dhr. Van
Loo. in het Schouwse dialect, dhr. Zwemer
voor zijn interessante lezing en zijn prachtige
verhalen.
11. Sluiting
Dhr. Doeleman sluit de vergadering en bedankt
de leden voor hun aanwezigheid.
Het jaar 1996 was een bijzonder jaar omdat
naast de gebruikelijke jaargang van de Kroniek
van het land van de zeemeermin (Schouwen-
Duiveland) een extra nummer verscheen. Deze
bijzondere aflevering was gewijd aan het water
schap Schouwen-Duiveland. dat per 1 januari
1996, samen werd gevoegd met de andere wa
terschappen benoorden de Westerschelde tot het
Waterschap Zeeuwse Eilanden. Op 13 decem
ber 1995 hield het waterschap Schouwen-
Duiveland een symposium. De toen gehouden
inleidingen werden in bewerkte vorm in deze
extra Kroniek opgenomen. In de reeks kreeg dit
bijzondere nummer de aanduiding '1996 W'.
Het waterschapsnummer opent met een voor
woord van dijkgraaf mevr. A. P. de Haan.
H. Uil schreef over 'Polder- en waterschapsbe
sturen op Schouwen-Duiveland: van diversiteit
naar eenheid'. De duinen 'annex den Lande
van Schouwenworden belicht door Frans
Beekman. De bijdrage van dr. M. C. Verburg
handelt over 'Het jaar 1953, keerpunt voor
Schouwen-Duiveland''Schaalvergroting:
achtergronden en de gevolgen voor bewoners
van Schouwen-Duiveland' is de titel van het ar
tikel van dr. Frans Thissen. Het dialect is verte
genwoordigd in de bijdrage van W. van Gilst:
'n Waterschapspraetje. Door de redactie werd
een 'Kroniek van het waterschap Schouwen-
Duiveland' toegevoegd, met wetenswaardighe
den over de periode 1959-1995. Los bijgevoegd
werd een kaart van Schouwen-Duiveland. met
daarop onder andere de polders en waterschap
pen van voor de concentratie van 1959.
De verschijning van deze kroniek werd moge
lijk gemaakt dankzij financiële steun van het
waterschap. Veel hulp werd geboden door de
heer J. A. Vasseur van het voormalige water-
4