BEREND KUNST - REIZEND PORTRETSCHILDER - Op het 'hoefje' huisnummer 89 te Noordgouwe, van de 'behoeftige arbeider' Jan Oole en echtgenote, werd ingebroken op 25 mei 1818, tussen 15.00 en 16.00 uur. De inbreker had een gescheurde ruit verwijderd en zo een venster van het woonhuisje geopend. Verdacht was een onbekende persoon gekleed met een korte rauwlinne broek en korte rok, en een ruige muts op het hoofd'. Bronnen: Gemeentearchief Schouwen-Duiveland Archief van de gemeente Dreischor 1743 - 1960 (inv.nr. 15); Archief van de gemeente Noordgouwe 1811 - 1960 (resp.: Stukken ingekomen bij de maire/ het gemeentebestuur in 1813 en 1815 (brieven 14 augustus 1813 en 29 mei 1815) en 'N54 Brieven 1818' (zonder nrs.); N.A. Deïst, 'Driehonderd jaar Moolenburgh op Schouwen-Duiveland', in: Gens Nostra. Maandblad der Nederlandse Genealogische Vereniging, UI, april mei 1997, p. 260 - 288. ontwerp: Saskia Eggink - du Burck Geboren in Nieuwolda, Groningen 1794, als zoon van een molenmaker. Hij kreeg een oplei ding tot bakker. In 1816 trouwde hij met Auke Roorda. In 1821, hij was toen 27 jaar, zei hij het bakkersvak vaarwel en vertrok met zijn vrouw naar de stad Groningen. Daar ontwikkelde hij zich als rondreizend portretschilder en volgde lessen aan de tekenacademie. In 1825 ontving hij een getuigschrift en 8 gou den dukaten voor een ingezonden doek. Vanaf 1823 heeft hij tot op hoge leeftijd een rondrei zend bestaan geleid. Hijzelf hield een register bij van mensen waarvan hij een portret had gemaakt. Dit register loopt tot 1872. Zo ging hij vele jaren op reis door Nederland en ook in het buitenland o.a. in Duitsland, Denemarken, Zweden en Noorwegen. Ik vertel u dit allemaal, omdat hij op zijn reizen verschillende keren in Zeeland is geweest en daarbij ook Schouwen-Duiveland aandeed. In 1830 was hij op Tholen. In 1836 kwam hij van Tiel naar Zierikzee. In 1837 en 1838 was hij in Middelburg, Vlissingen, Hulst, Tholen en Goes. In het gemeentehuis in Tholen hangen 4 portret ten, die door hem in 1838 zijn gemaakt. In 1857 is hij weer op Tholen en maakte daar weer 2 portretten, die in het gemeentehuis in St. Maartensdijk hangen, bovendien nog een portret van Maartje Maria Fridericks. Ook van Jac. Corn. Geluk en zijn vrouw Tanna Adriana Nieuwenhuyzen. Toen mijn man en ik vorig jaar in Zeeland rondreisden op zoek naar Zeeuwse sieraden, hebben we deze twee laatste portret ten gezien en gefotografeerd. Deze portretten zijn namelijk van belang i.v.m. de afgebeelde kle ding en sieraden. De vrouw droeg de traditionele Thoolse klederdracht uit die tijd, maar haar man was afgebeeld in een burgerkostuum. In 1857 had de Thoolse klederdracht voor de man dus al afgedaan. 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1998 | | pagina 39