De werkplaats van Prince. Foto genomen van
uit de Dapperweg richting Ring. De bomen op
de achtergrond staan rond de kerk. (Foto:
Borgmeijer, Renesse)
Wie waren de dertien mensen die bij dit bom
bardement onmiddellijk hun leven verloren?
Het echtpaar Arnoldus Josephus Kenters, landar
beider (zoon van Jacobus Kenters en Marina
Overbeke), geboren te Burgh, 51 jaar en
Wilhelmina den Boer, (dochter van Job den Boer
en Grietje Ringelberg), 58 jaar, geboren te
Eikerzee, woonden aan de Boumansweg, nu de
Dapperweg (thans Bouwbedrijf Prince). In deze
weg woonden ook de broertjes Adriaan Francois
en Frangois Adriaan Prince (zoontjes van
Corstiaan Abraham Prince, timmerman en
Catharina Margaretha Klaassen), geboren te
Haamstede. Zij werden 6 en 5 jaar. Hun vader
verbleef, zoals zoveel Schouwse mannen, in
Duitsland. Martina den Haan was afkomstig uit
Zierikzee en verbleef tijdelijk bij de 'oude'6 Tonis
Beije aan de Hogezoom. Haar vader Pieter (gara
gehouder te Zierikzee) en moeder (Wilhelmina
Helena van Almkerk) waren destijds ook woon
achtig in Haamstede. Zij werd 23 jaar. Dirk
Hoornweg (zoon van Pieter Hoornweg, tuinders
knecht en Francina Timmers), geboren te
Rotterdam; Maria Johanna Braam (dochter van
Johannis Braam, tuinder en Johanna Cornelia
Viergever), geboren te Haamstede; Gerda Jonker
(dochter van Marinus Leendert Jonker, tuinder en
Adriana Aalbracht), geboren te Haamstede;
Louw de Bruine en zijn moeder (deze had een
granaatscherf in haar wang gekregen) e.a. waren
in de kelder van Grietje van den Berg (dochter
van Wolfert Johannes van den Berg en Jacoba
Malland), geboren te Serooskerke, gehuwd met
Bartel Evertse, landarbeider, gevlucht. Van Louw
de Bruine, destijds vijfjaar, waren de woorden:
"Er staat alleen nog maar een olielampje"2 toen
hij zijn ouderlijk huis zag na het bombardement.
Leendert de Bruine, zijn broer vertelt: "...ik was 8
jaar en woonde in het Smalle Weegje op nr. 236,
nu nr. 3. Mijn vader verbleef zoals zovelen in
Duitsland. Mijn moeder en broer zaten bij 'dove
Grietje' in de kelder. De 3 huizen werden
bewoond door J. Braam, De Bruine en Grietje.
Ikzelf zat in de kelder bij de moeder van Wim de
Vrieze aan de Hoogezoom.' ledereen dook
ergens in een kelder..."8
De eerste drie mensen overleden ten gevolge van
het bombardement en eveneens Grietje van den
Berg zelf. Dirk Hoornweg werd 12 jaar. Zijn
vader werkte in de vlasfabriek van Timmers (dit
was zijn oom). Grietje van den Berg werd 55
jaar. Deze vrouw was bijna doof en gebruikte
altijd een hoorn om mee te kunnen horen. Haar
bijnaam was dan ook 'dove Grietje'. Maria
Johanna Braam woonde in het huis naast 'dove
Grietje' en werd 22 jaar. Dan was er ook nog
een meisje van 4 jaar, Gerda Jonker. Dit 'prachti
ge meisje met blonde krulletjes'6 had bij haar
vriendinnetje Coba van Sluijs aan de
Hoogezoom, die haar verjaardag vierde, gelo
geerd van 2 tot 5 januari. De Van Sluisen had
den Gerda naar haar grootouders, die aan de
(Oude) Lagezoom woonden, gebracht. Daar, in
de buurt, speelde zij, totdat zij in de kelder van
'dove Grietje' werd geroepen met dramatisch
gevolg. Alle mensen doken ergens in een kelder.
Jan Zijta (zoon van Janus Zijta en Cornelia van
Sluis), geboren te Burgh, gehuwd met Lena
Pieternella van Strien, liep door het Smalleweegje
en werd overvallen door het bombardement.
Hij was landarbeider en werd 55 jaar. Hij woon
de in het Boogerdwekken. Getroffenen in de
Zuidstraat waren Jacob Malipaard (zoon van
Johannes Malipaard en Geertje Fondse), weduw
naar van Hermina Hoogenboom. Hij werd 't
'ouwe Malpadje' genoemd en werd 92 jaar. Zijn
zoon, Marien, woonde in de Zuidstraat en
11