"PRAET" EEN GESPREK MET PETER PRIESTER, RECENTELIJK AANGESTELDE CONSERVATOR STADHUISMUSEUM EN MARITIEM MUSEUM ZIERIKZEE Een gesprek met Peter Priester, recentelijk aange stelde conservator Stadhuismuseum en Maritiem Museum Zierikzee De twee Zierikzeese gemeentelijke musea zijn sinds mei een nieuwe conservator rijker. Peter Priester uit Ellewoutsdijk zwaait als parttimer sinds kort samen met 'oud-gediende' Minke van Meerten, de scepter over de collectie van het Stadhuismuseum en die van het Maritiem Museum in het 's Gravensteen. Hij heeft de plaats ingenomen van Erik van Rossum. Dr. Peter Priester kan bogen op een imposante achtergrond als het gaat om onderzoek en publicatie. "Maar in de museumwereld voel ik me een groentje. Ik ben nu nog driftig aan het rondkijken. Willen we de twee musea samenvoe gen in het voormalige stadhuis aan de Meelstraat (een optie waarvan de gemeente de haalbaarheid momenteel onderzoekt), dan moet er wel het een en ander veranderen." Peter noemt bijvoorbeeld het ontbreken van een goed depot in het stadhuis en de problemen die zich daar voordoen als het gaat om klimaatbeheer sing. "Verder hebben we, als we hier blijven zit ten, gewoon meer ruimte nodig." De nieuwe conservator van de gemeentelijke musea Peter Priester, voor de deur van het Stadhuismuseum (foto redactie) Het Stadhuismuseum telde in het afgelopen decennium jaarlijks gemiddeld zo'n 7800 bezoe kers. Het Maritiem deed het met 19.700 een stuk beter, waarschijnlijk mede door de locatie in het centrum van Zierikzee. "Hoewel het onzeker is hoelang we nog in het 's Gravensteen blijven zitten, gaan we deze winter wel bekijken hoe we de tentoonstelling daar, op kunnen frissen. We moeten de zaak tenslotte niet laten verslonzen. Ook al weten we nog niet hoe het allemaal ver der zal gaan." Peter hoopt waar mogelijk en 'op z'n plaats', bij deze en latere veranderingen en aanpassingen, andere musea te betrekken en ook lokale historische organisaties, zoals Stad en Lande en bijvoorbeeld Streekdrachtvereniging De Arke. Over nieuwe aanwinsten voor de musea heeft de kersverse conservator in elk geval niet te klagen. Verguld is hij onder meer met de archeologische metaalvondsten van Westenschouwen en de degelpers - een pers van begin 1900 - van Drukkerij Uitgeverij LnO en de laatste loden voor pagina van de Zierikzeesche Nieuwsbode uit 1978. Hij vertelt dat de Westenschouwse metaal- vondstencollectie volgend seizoen zal zijn te bewonderen in het Stadhuismuseum. Wat betreft de pers is er een probleempje. Het ding is erg zwaar. De oude vloeren in het stadhuis maken het riskant het gevaarte op een verdie ping te plaatsen, terwijl in de Vierschaar eigenlijk geen ruimte is. Maar naar een passende oplossing wordt gezocht, voegt Peter toe. De in 1956 in Breskens geboren conservator is geen vreemde als het gaat om de Zeeuwse geschiedenis en dan vooral die van de Zeeuwse landbouw. In 1998 verscheen een lijvig boekwerk van zijn hand: Geschiedenis van de Zeeuwse landbouw, circa 1600-1910. Die uitgave was het resultaat van een langdurig onderzoek dat hij in opdracht van de Stichting Historisch Onderzoek Zeeland (SHOZ), in dienst van de Universiteit Wageningen, uitvoerde. Dit onderzoek bracht 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2000 | | pagina 9