De Zierikzeese waterschout
Jan Klazus Broersma (1822-1892)
(foto Gemeentearchief Schouwen-Duiveland)
Bij deze afrekening verrekende de waterschout de
voorschotten, die de bemanningsleden ieder
afzonderlijk bij de kapitein hadden opgenomen.
Deze voorschotten bestonden meestal uit kleine
bedragen. Bijvoorbeeld voor het passagieren in
de vreemde havens, of voor het inslaan van extra
voedsel of tabak. Voorts kon de bemanning, voor
de aanvulling van haar uitrusting, bij de kapitein
een voorschot op haar gage krijgen.
Ook de "pretenties" werden door de water
schout geïnd. Dit waren de schuldbekentenissen
voor goederen of diensten, die de bemanningsle
den bij leveranciers hadden getekend. Zo kregen
zij op voorhand krediet, dat aan het einde van de
reis voldaan moest worden. Ruim voordat het
schip binnenliep, moesten de schuldeisers de
schuldbekentenissen opzenden naar de water
schout van de plaats waar het schip zou binnen
lopen. Als deze pretenties getekend en gelegali
seerd waren, werden de schulden verrekend
met de gage die de zeelieden bij afmonstering
ontvingen. Waren de schulden te hoog opgelo
pen, dan werd slechts een gedeelte van de vorde
ring afbetaald. De waterschout verzorgde de
verzending van die gelden, meestal met wissels
op de banken of handelshuizen in de woonplaat
sen van de schuldeisers. Voor de moeite bracht
hij een klein percentage van het geïnde bedrag in
rekening. Deze bedragen konden per jaar nog
behoorlijk oplopen en waren in de regel een
leuke bron van inkomsten. Om dit alles in goede
banen te leiden, hield de waterschout boek van
de inkomende en uitgaande correspondentie
aangaande deze schuldbekentenissen.
Bij overlijden van een bemanningslid zorgde de
waterschout voor de afwikkeling van de nalaten
schap, en behartigde daarbij de zaken die met
het schip te maken hadden. Hij meldde het
overlijden met de benodigde akten bij de
minister van Marine, en als het buitenlanders
betrof, bij de consul van het desbetreffende land.
Eigendommen en afrekening van de gage
werden verstuurd naar de rechthebbenden.
Dit zijn zo ongeveer de werkzaamheden die van
een waterschout werden verwacht.
In een kleine plaats als Zierikzee zat aan de
taakuitoefening van een waterschout machtig
veel correspondentie vast. Van de Zierikzeese
waterschout zijn het monsterboek, afmonster-
boek, kopieboek van uitgaande brieven en een
schuldboek met de verrekening van de "preten
ties" over de periode 1840 tot 1865 bewaard
gebleven. Deze boeken zijn voor de geïnteres
seerden zeker de moeite waard!
Izaak van der Male
26