VAN DE REDACTIE
Behalve de jaarverslagen over 2001 van de Com
missie Streektaal en de Commissie Monumenten
kunt u in dit nummer de gebruikelijke jaarverslagen
en het verslag van de Najaarsvergadering lezen.
De Commissie Monumenten is blij met de
verkrijgbaarheid van de bekende, eenvoudig
geëmailleerde huisnummerbordjes. Aangebracht
naast de voordeuren van monumentale gevels,
vallen deze bordjes nauwelijks op waardoor de
architectuur van een interessant gebouw meer
aandacht kan trekken.
Aan de voltooiing van de ordening en beschrijving
van de toegang op de 'papierberg' van de wees
kamer van Zierikzee, een belangrijk en veelzijdig
archief, wordt in dit blad aandacht geschonken
door middel van een groot artikel en een speciale
aflevering van 'Uut de pepieren'. Het kaft wordt
versierd door een detail van een schilderij van een
beroemde Brusselse meester dat ooit in Zierikzee
kan hebben gehangen, zoals blijkt uit een van de
duizenden boedelbeschrijvingen uit het Wees
kamerarchief. Voor het schrijven van het artikel
werd een bezoekje gebracht aan het vertrek in
het oude stadhuis van Zierikzee, waar eens de
weesmeesters beraadslaagden over de bekostiging
van de opvoeding van de Zierikzeese weeskinderen
en hun stukken opborgen in de nog bestaande
archiefkasten. Nu bergt een van de kasten de
telefooncentrale van de vroegere gemeente
Zierikzee. Het fraai betimmerde vertrek is thans
een kleed- en bergruimte.
Carolien de Vrieze heeft voor haar rubriek 'Praet'
een gesprek gehad met de winnaar van de Archief
trofee 2001die in een jaar tijd bijna honderd
maal in de studiezaal van het Gemeentearchief
Schouwen-Duiveland was te vinden.
In 1899 kon men in Zierikzee de eerste "bewegen
de lichtbeelden" gaan zien, enkele jaren nadat de
gebroeders Lumière deze in Parijs hadden vertoond.
De Groningse bioscoopexploitant Westra vertelt
over de begintijd van de filmvertoning te
Zierikzee.
De tentoonstelling 'Er zit muziek in geschiedenis!',
die u in de maanden maart - juni kunt bezoeken
in het Zeeuws Archief, toont documenten uit de
Zeeuwse muziekgeschiedenis. Om Zeelands
muziekgeschiedenis goed te kunnen documen
teren, werden objecten verzameld uit alle delen
van de provincie. Muziekhistorisch Schouwen-
Duiveland is vertegenwoordigd door een aantal
objecten, waarvan de verdienstelijke
vioolcompositie 'O mein lieber Augustin' van de
in Bohemen geboren en naar Zierikzee getrokken
componist en musicus Charles Hofmann, de
maquette van de klokkentoren van het Zierikzeese
stadhuis en twee negentiende-eeuwse bundels
voorbeelden zijn.
Een van de bundels bevat gedichten en liedteksten
in 1886 uitgekozen en in verschillende kleuren
inkt gekopieerd door de jonge, over de Zeeuwse
wateren varende belastingambtenaar Johan Chr.
A. W. Hoek, die korte tijd later in Bruinisse kwam
wonen. Van alles wat de aanvankelijk voor het
onderwijs bestemde Jan Hoek in zijn leven heeft
gekopieerd, resteren nog zo'n 150 pennenvruch
ten. De dichtstukken haalde hij onder meer uit de
bundels van de dichters Bellamy, Borger en Van
Zeggelen. Uit de tentoongestelde bundel blijkt
onder meer zijn belangstelling voor de zee, de
vaderlandse geschiedenis, de plaatsen uit zijn
jeugd en zijn aandacht voor humoristische
gedichten. Dit door hem als "tweede deel"
aangeduide boekwerkje vermeldt titels als:
'Zeemans-Liedjen', 'Naar Zee!', 'Madagaskar
veroverd door de Nederlanders in 1660',
'Belgische Slimheid anno 1830', 'Aan 't Scheve-
ninger strand', 'Gezicht op den grooten vijver in
't Haagsche Bosch', 'Klaaglied van Jan Chagrijn'
en 'Mooi Machteld'. Onder de titel van 'Augus
tijn' schreef hij de vertaling van het ter sprake
gekomen Duitse volksliedje, dat omstreeks 1800
werd bewerkt door genoemde Charles Hofmann.
Jan Hoeks vader Melchior A. A. Hoek, als commies
Rijksbelastingen 1ste klas en geadmitteerd
commies-roeier laatstelijk werkzaam in Middelburg
en Hansweert, heeft omstreeks 1845 de andere
bundel aangelegd voor zijn eerste vrouw, de
geboren Pruisische Maria Jobst. Meer dan veertig
1