vermanen haar kind te doen dopen en, onvermits haar censure, naar goede doopgetuigen rond te zien, en, als zij nog hardnekkig blijft haar openlijk van de preekstoel af als zeer ergerlijk persoon te verklaren en haar onder censure te zullen houden zolang zij zich in zulk een onwaardig gedrag voortgaat Vonnis en uitvoering Van Lis, die inmiddels al van de kerkbode weet dat Geertje niet zal komen opdagen, is ofwel zeer geagiteerd - vanwege zijn betiteling van Geertje als 'voorwerp' - ofwel de classis is mild geweest bij het schrijven van de notulen. Na behandeling van het classisadvies geeft Van Lis het consistorie bericht van de "zeer onbeschaamde weigering" aan de bode op diens verzoek om op de ver gadering te verschijnen. Hij stelt vervolgens dat zij zich hiermee toont als "volstrekt onverbeterlijk". Van Lis komt met het initiatief om een resolutie op te stellen waarmee het tweede deel van het classis advies wordt uitgevoerd. Men komt onderling tot een akkoord en stelt de volgende resolutie op: "De kerkeraad, met innig leedwezen ziende de onverbeterlijke hardnekkigheid van het gecensu reerde lidmaat Geertje Stoofman waardoor zij niet alleen geen berouw toont over haar ontugtigen wandel maar ook bestendig weigert haar onegt kind, ofschoon reeds vijftien maanden oud, te willen doen dopen, ende aanmaningen haar daaromtrent door haar opzieners gedaan met de onbeschaamdste stoutheid beantwoord; heeft een resolutie aangenomen, gelijk dezelve bij dezen ter uitvoer brengt: om haar, ter haare beschaming, en tot afschrik van anderen der gemeente bekend te maken als een onwaardig en buitengewoon hardnekkig lidmaat die door haar berouwloosheid en veragting van allen godsdienst en kerkelijke tugt, zig waardig maakt bij aanhoudendheid onder censure te blijven endes daaronder zoo lang zal gehouden worden, tot zij zoo openlijk berouw en verbetering toont, als zij nu op eene buitengewone wijze alle godsdienstige beginsels en inrigtingen beledigt, en der gemeente bij uitstek een ergerlijk voorbeeld geeft." Na vaststelling buigen de heren broeders van de kerkenraad goedkeurend het hoofd en sluiten de vergadering met dankzegging tot God. Van Lis zal deze resolutie, na de ochtendpreek op 16 juni 1783, vanaf de kansel voorlezen. Geertje beseft dan waarschijnlijk nog niet wat haar boven het hoofd hangt. Het is een openlijke aanval op haar persoon door een instituut dat vele malen machtiger is dan zijzelf en kan gedefinieerd worden als publieke verkettering. Een braaf lidmaat Vervolgens wordt het, in de bronnen, erg 'stil' rond Geertje. Er wordt, na het opstellen van de resolutie, tijdens de vergaderingen geen aandacht meer aan haar besteedt. Ze wordt doodgezwegen en de jaren en het leven - hoewel onder censuur - gaan door. Geertje leert de weduwnaar Leendert Bogert kennen. En het zou waarschijnlijk stil gebleven zijn rond Geertje als ze niet het voor nemen had gehad om met hem te trouwen. Vermoedelijk - de notulen vermelden het niet - heeft de kerkenraad geëist dat zij, om in de kerk te mogen trouwen, alsnog haar kind moet laten dopen. Haar zoontje is dan inmiddels jaar oud, en nog steeds ongedoopt. Ze zal het met tegenzin gedaan hebben, maar ze heeft geen keus. De Gereformeerde Kerk is in die tijd het enige instituut, naast het gerecht, dat een wettig huwelijk kan sluiten. Waarom ze dan toch niet voor een gerechtelijk huwelijk heeft gekozen moet te maken hebben met de kleine gemeen schap Burgh en haar aanstaande echtgenoot, een trouw lidmaat van de Gereformeerde Kerk. Ze zwicht voor de eis en zegt toe haar kind te laten dopen. Op 20 juni 1788 gaat zij, 34 jaar, in ondertrouw met Leendert Bogert. Twee dagen later, op 22 juni, wordt haar zoontje Johannes alsnog, na jaren, gedoopt in bijzijn van Geertje, haar aanstaande man Leendert Bogert, de doopgetuige Cornelis Braber, ongetwijfeld gadegeslagen door een kritisch consistorie. Nu vernemen we ook voor het eerst de naam van de vader. Geertje geeft Jan Wiggemantsz. op als vader van het kind. Deze man lijkt nooit bestaan te hebben daar hij niet in de boeken is terug te vinden. Heeft Geertje hem verzonnen, of was hij wellicht een seizoensarbeider en hebben zij elkaar slechts eenmaal ontmoet op jaarmarkt of kermis? De notulen van de vergadering van 25 juni 1788 vermelden voor het laatst Geertjes naam. Ze doet 8

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2002 | | pagina 10