JAARVERSLAG COMMISSIE PLANOLOGIE De laatste jaren doet de inmiddels 'boer in ruste' het wat werk en zijn hobby geschiedenis betreft, beduidend rustiger aan. In 1993 verkocht hij zijn grond. Hoewel Boot het nu nog prettig wonen vindt op de boerderij, wil hij over een paar jaar wel naar Zierikzee verhuizen, denkt hij. "Het is daar allemaal wat gemakkelijker, nietwaar. Je hebt er alles en alles is dichtbij." Een aantal jaren geleden heeft Boot zich uit het meeste vrij willigerswerk teruggetrokken. Zijn echtgenote sinds 1963, Corrie Boot - Dieleman maakte najaar 2001 nog mee hoe haar man een koninklijke onderscheiding ten deel viel vanwege het vele vrijwilligerswerk door de jaren heen. Ze overleed in mei 2002. Maar helemaal los van alles is Piet Boot vandaag de dag niet. Hij is als gids en baliemedewerker nog steeds betrokken bij Streek- en Landbouw museum Goemanszorg in Dreischor. "Dat wil ik wel zo lang mogelijk blijven doen. Ik doe het namelijk met veel plezier", besluit hij. Carolien de Vrieze De leden van de Commissie Planologie waren in het voorgaande jaar: P. P. H. Alkemade, L. Becu, M. H. Cohen Stuart, H. L. Hillebrand, D. M. Schorer, C. J. Slager en H. van der Tuin. Twee zaken Twee zaken hebben de Commissie Planologie in het jaar 2002 voornamelijk bezig gehouden, de vormgeving van Poortambacht 11 en de plannen om langs Rampweg en Helleweg in Scharendijke een grote camping toe te staan met een opper vlakte van 13,4 ha. en 333 standplaatsen. Poortambacht 11 Het plan van de gemeente Zierikzee (nu Schouwen-Duiveland) om Poortambacht 10 naar het oosten uit te breiden met Poortambacht 11, dateert al van vóór 1990. Na zijn aantreden besloot de toenmalige wethouder van de nieuwe gemeente Schouwen-Duiveland de vormgeving daarvan in het kader van de zogenaamde 'Structuurschets Zierikzee' eerst aan een inspraakprocedure te onderwerpen. Deze Structuurschets werd in 11 onderdelen ('modu les') aan de inwoners werd voorgelegd. De in juni 1999 verschenen module 3 behandelde de toekomst van de Centrumschil rond Zierikzee en gaf ook een beschrijving van de eisen waaraan de bebouwing van Poortambacht 11 zou moe ten voldoen: gedacht werd aan "wooneenheden in een groene setting", kleine appartementenge bouwen met een maximale hoogte van drie bouwlagen, in een bebouwingsdichtheid van 20 a 30%. De hele westelijke Centrumschil (dat wil zeggen het gebied tussen de Laan van St. Hilaire/Eerste Weegje en de GrevelingenstraaV Oosterscheldestraat) zou volgens de module het best kunnen worden gekarakteriseerd als 'een stedelijke campus', bescheiden gebouwen in een parkachtige omgeving. Wij konden ons daarmee in grote lijnen verenigen. Toen alle elf modules goed en wel waren be sproken kondigde de wethouder een document aan waarin modules èn inspraakrondes zouden zijn verwerkt. Deze 'Epiloog' zou de Raad nog vóór de verkiezingen van maart 2002 worden voorgelegd. Groot was de verbazing, toen bleek dat in dit document, dat eerst begin maart ver scheen en moeilijk verkrijgbaar was, voor Poortambacht 11 sprake was van drie 'urban villa's' met een hoogte van 'vijf' bouwlagen, ter wijl de overige bebouwing niet meer dan twee a drie bouwlagen hoog zou zijn. Het 'masterplan', dat vervolgens in ijltempo werd geproduceerd om nog door de raad in zijn oude samenstelling te worden goedgekeurd, toonde aan de oostelij ke kant van de Oosterscheldestraat twee dicht opeen gepakte huizenrijen, waarnaast nog drie kleine vierkantjes in de resterende groene strook de bewuste 'urban villa's' op de kaart aanduid den. Dit plan werd twee dagen na de verkiezin gen door de oude raad goedgekeurd, waarna 10

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2003 | | pagina 14