VIER ZIERIKZEEËNAARS OP REIS IN 1798 IN DE REPUBLIEK EN HET BUITENLAND Bij het Gemeentearchief Schouwen-Duiveland in Zierikzee wordt een handschrift bewaard getiteld "Journaal van een reis door Braband na Aken en Spa, en van daar terug door een gedeelte van Gelderland en Holland".' Het handschrift is inge bonden, heeft een gemarmerde voor- en achter zijde en op de bruine rug staat "Reisjournaal België en Holland 1798". De dagboekschrijver begint de reis woensdag 23 mei 1798 vanuit Zierikzee met zijn echtgeno te, zijn zoon en "onse vriend Blok". Het viertal reist tot Aken. Vandaar worden Blok en zoon Claas op 2 juni naar Maastricht gebracht, waar ze de diligence naar Den Bosch nemen om terug te gaan naar Zierikzee. Hoewel de naam van de dagboekschrijver ner gens wordt vermeld, gaat het zeker om Pieter de Kanter. Er zijn voldoende aanwijzingen in zijn richting. De doorslaggevende aanwijzing dat hij onze man is, zien we pas aan het eind van het dagboek. Hij maakt dan melding van de terug keer op de Noordgouwse buitenplaats Zoomerlust.2 Waarom is deze eindzin nu zo belangrijk voor het vaststellen van de auteurs naam? We weten dat De Kanter3 in 1798 in Noordgouwe het buiten Zoomerlust bezat, dat hij in 1802 voor 6000 gulden verkocht aan de ambachtsheer van Noordgouwe, Wessel Cornelis Ferleman. Deze informatie, gecombineerd met de hierna volgende gegevens, maakt het duidelijk dat Pieter de Kanter de schrijver van het reisver slag moet zijn. Pieter de Kanter werd in 1756 geboren in Zierikzee. Hij trouwde in 1778 met Johanna Hoffer, waarna het echtpaar ging wonen aan de Oude Haven zuidzijde, tegenover de Steenenbrug. Pieter de Kanter en Johanna Hoffer kregen zes kinderen. De oudste zoon Nicolaas - een naam waarvoor vaak de roepnaam Klaas (Claas) gebruikt wordt - is in 1781 geboren, en is dus ten tijde van de reis zeventien jaar. Bij het lezen van het verslag blijkt al spoedig dat De Kanter en zijn vrouw Antwerpen kennen, want de stad wordt beschreven als "allerjammer- lijkst vermagerd, verandert, en in een ongelukki ge situatie". Tijdens de wandeling door de stad gaan ze op bezoek bij "onsen ouden hospes Frou en vrouw", wat erop duidt dat ze daar beiden in huis gewoond hebben. De Kanter heeft met zijn gezin inderdaad een aantal jaren in Antwerpen doorgebracht. Hij hoorde bij de patriottenpartij, de reden waarom zijn huis in Zierikzee op 24 september 1787 werd geplunderd. Daarna was hij met zijn gezin naar Antwerpen uitgeweken. Na de omwenteling van 1795 is de familie naar Zierikzee teruggekeerd. Volgens de patriot De Kanter moet oud en jong toen in de februarida gen in een sneeuwjacht juichend om de vrijheids bomen hebben gedanst, "in de vrolijkste en aan- doenlijkste dans, die immer in onze veste plaats had".4 Pieter de Kanter werd gekozen tot lid der Nationale Vergadering en andere wetgevende besturen. Uit het reisverhaal blijkt op verschillen de plaatsen dat onze auteur niet onwelwillend tegenover de Franse bestuursvorm stond. Zo ver telt hij over Verviers dat er een graftombe is opgericht voor een 'martelaar' van 't patriottis me, een man van wie wordt verteld dat hij om zijn goede hoedanigheden alom zeer bemind was, maar die bij de komst der Fransen had laten blijken een voorstander van hun "systema" te zijn. 't Gevolg was dat hij na de terugtocht van de Fransen in opdracht van de prins van Luik is onthoofd.5 In 1798 - hetzelfde jaar waarin het reisje werd gemaakt - verhuisde Pieter de Kanter naar Dordrecht. Hij stond daar bekend als koopman en dreef handel onder de firmanaam De Kanter en Zoon; bovendien wordt De Kanter in 1775- 1776 keurmeester van meekrap genoemd. Deze twee feiten maken het ook aannemelijk dat het reisverslag door Pieter de Kanter is geschreven. Als het echtpaar in Aken logeert lezen we name lijk: "Ter verrichting mijner affaires ging ik na mijn vriend alhier, die mij nieuwe adressen bezorgde, waarin ik ook met succes slaagde". Wat verder schrijft hij: "Mijn vriend en ik gingen na den voornaamsten verwer, die mij zijn fraaye fabricq liet zien, allevriendelijkst behandelde en met wien ik mijn affaires deed". Ook op de terugreis, onder meer in Amsterdam, worden zaken gedaan. 4

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2003 | | pagina 6