n k p Detail van een negentiende-eeuwse kaart met de Brabantse polder Kwistgeld aan het Hollands Diep zekere Adriaen Woutersz. vermeld, die zo nu en dan de achternaam Quist draagt. Voorts komen een Anthonis Woutersz. en een Sebastiaen Woutersz. voor. Tenslotte is er ook nog een Wouter Aertsz., die in 1569 "saliger" is. Hebben we hier te maken met een familie Quist, waarvan de stamvader laatstgenoemde Wouter Aertsz. was en de zonen Adriaen Woutersz. (Quist), Anthonis Woutersz. en Sebastiaen Woutersz.? Dan is er nog een Willem Arendsz. Quist in Ooltgensplaat op Overflakkee, die geboren is omstreeks 1564 en in 1616 in Ooltgensplaat is begraven. Hij had een broer Krijn, geboren rond 1567 en twee zonen: Arend en Willem. In dit geval is het wel duidelijk dat er sprake is van een familieverband. Hoewel de namen Willem en Krijn ook in de Ouwerkerkse tak voorkomen, kan de familieband nog niet worden bewezen. Zoals in de inleiding reeds vermeld, was mijn doelstelling te bewijzen dat Cornelis Crijnsz. Quist (geb. omstreeks 1592) een familierelatie had met Marinus Bastiaensz. Quist (geb. omstreeks 1610). Hieronder volgt het bewijs dat zij volle neven waren. Speurtocht in onbekende bronnen In 2000 ontdekte ik in het Zeeuws archief te Middelburg het archief van de Rekenkamer van Zeeland. Met name de periode 1572-1625 van afdelingen B en D van dit archief hebben een onschatbare bron aan gegevens te bieden over de verschillende dorpen op Schouwen en Duiveland. Het betreft met name de bijlagen bij de rekeningen van de rentmeester van de geeste lijke goederen in afdeling B van het archief (inv.nrs. 15621 - 28021 (de oneven nummers)). Deze stukken bevatten veel vermeldingen met betrekking tot verpachtingen van door de Staten van Zeeland in beslag genomen goederen van kloosters en veroordeelden. Deze verpachtingen zijn per jaar op dorp terug te vinden en vermel den naast de naam van het verpachte onroerend goed ook de namen van pachter en borg. Soms wordt ook nog de naam van oudere gebruikers vermeld. Het handschrift is voor geoefende ogen redelijk te lezen. Ook de stukken over transport van onroerend goed in afdeling D van het Rekenkamerarchief (inv.nrs. 66361 e.v.) leveren een schat aan gege vens op. Met name de contrarollen van de trans- portregisters in het archief van de Staten van 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2004 | | pagina 9