VAN DE REDACTIE
Van nummer 110 van Stad en Lande kon een
zomers nummer worden gemaakt door de bijdra
gen van de auteurs De Goede en Van Langeraad
uit Bathmen en Hoofddorp. Zij laten ons lezen
over plezierig wonen en op vakantie gaan in de
groene Noordgouwse enclave Schuddebeurs.
Ook Wim de Vrieze uit Burgh-Haamstede doet
een duit in het zakje, met de beschrijving van een
zomerfoto genomen op het boerenbedrijf van
Florus Hendrik Fonteijne te Oosterland in de jaren
dertig van de vorige eeuw.
Jaap Schoof, voorzitter van de Stichting Caissons
Ouwerkerk, vertelt over bescherming van het
Ouwerkerkse caissoncomplex en directe omge
ving. Nadat minister Remkes het geheel als
Nationaal Monument Watersnood 1953 had
bestempeld, is een stichting in het leven geroe
pen met als doel de ontplooiing en het beheer
hiervan.
Redactielid Betty Blikman heeft voor het eerst
geschreven voor de inmiddels ruim vier jaar oude
rubriek "Praet". Zij is van plan deze enige tijd te
voorzien van de neerslag van haar gesprekken
met Schouwen-Duivelanders die iets ondernemen
op het gebied van de lokale geschiedenis.
De eerste persoon met wie zij een vraaggesprek
heeft gehad, is de bekende boekhandelaar en uit
gever te Zierikzee Theo Spinnewijn, die met enige
regelmaat een historische publicatie over de
streek laat verschijnen.
Naar aanleiding van een mededeling van een van
de leden bevat Stad en Lande een redactioneel
stukje over Westenschouwen, waaraan Wim den
Haan uit Burgh-Haamstede als 'plaatselijke des
kundige' zijn medewerking heeft verleend.
Betreffend lid schreef in mei een brief aan het
college van burgemeester en wethouders van
IX^BEW. E)T>\]
Schouwen-Duiveland, waarin hij vraagt om het
aanpakken van het ontsierende 'fietsenprobleem'
op de rotonde van Westenschouwen en de ver
waarlozing van de oude meidoornhaag langs het
perceel de Meypacht in de kern. De meidoornha
gen zijn een niet weg te denken onderdeel van
het Westenschouwse coulissenlandschap. Zoals
de briefschrijver suggereert, is de stap van ver
waarlozing naar verwijdering van de haag langs
de Meypacht zeker niet denkbeeldig.
Voor dit nummer kon een aflevering van 'Uut de
pepieren' worden geschreven dankzij de wel heel
opmerkelijke vondst van Roosanne Goudbeek,
medewerkster van het Zeeuws Archief. Zij vond
tijdens haar werkzaamheden aan het archief van
het Provinciaal bestuur van Zeeland stukken over
straatschenderij door vele jeugdige Zierikzee-
enaars op twee doordeweekse avonden in de
herfst van 1885. Die had plaats in een tijd waarin
het hoogst ongebruikelijk was dat de jeugd op
een dergelijke manier van zich liet horen. Waren
het ontevreden actievoerders?
De vervaardiging van dit nummer heeft plaatsge
had zonder de medewerking van Jan Simmelink.
Jan heeft zijn redactiewerk ingeruild tegen ande
re vormen van vrijetijdsbesteding, ter afwisseling.
Gedurende de viereneenhalf jaar lidmaatschap
van de redactie waren het zijn bijdrage in redac
tioneel maar ook zijn bijdrage in collegiaal
opzicht, waardoor het werk aan het blad op
prettige wijze kon worden uitgevoerd. Tijdens de
redactievergadering in april van dit jaar is
afscheid van hem genomen. De Schouwen-
Duivelandse geschiedenis blijft deze oud-conrec
tor en leraar uit Oegstgeest bezighouden, want
zijn werk aan de Oosterlandse archieven voor het
Gemeentearchief Schouwen-Duiveland zet hij
onverkort voort!
1