"PRAET" EEN GESPREK MET LEX LUIJENDIJK, VOORZITTER VAN DE COMMISSIE MONUMENTEN Een oud huis kopen, met een grote tuin erachter. Het pand helemaal verbouwen en dan ook nog een archeologische vondst doen in je tuin. Dat hadden Lex en zijn vrouw Emmy Luijendijk twaalf jaar geleden niet kunnen denken. Zij vertelden over het kopen van een huis, verschijnende en verdwijnende tramrails en een soort strijkijzer. Bij aankomst vind ik Lex bezig in de tuin, waar hij het vele gesnoeide groen in een te kleine container probeert te stoppen. Er is altijd wat te doen buiten, maar het begint te regenen en we gaan naar binnen. 'We hadden enkele zomerhuisjes op Schouwen-Duiveland', vertelt hij eenmaal in de historische woning, 'eerst op de Salvatorhoeve in Ouwerkerk en later ook hier in de Westhoek. Al sinds 1973 brachten we de weekeinden door op Schouwen-Duiveland of reden vanuit Hazerswoude naar hier vanwege het beheer van de huisjes. Op den duur kregen we steeds meer zin om ons permanent op Schouwen-Duiveland te vestigen. Het westen werd zo druk! Regelmatig bekeken we de etalages van de makelaar. We wilden rustig wonen, maar ook weer niet zo dat je nooit mensen ziet. Hier vonden we het perfecte evenwicht tussen die twee zaken'. Lex Luijendijk, voorzitter van de Commissie Monumenten (foto redacie) Huis met een doodskleed De woning is ruim en warm ingericht. De sfeer is er gezellig, dat kan eigenlijk niet anders met zulke bewoners. Lex Luijendijk is al meer dan veertig jaar getrouwd met Emmy van Dijkhuizen, en naar genoegen zo te zien. Lex praat het meest van hun beiden, hoewel ook Emmy zich op deze regenachtige middag niet onbetuigd laat. De woning, 't Moolhuys aan de Burghseweg, is hun stokpaardje en over het pand valt veel te vertellen. Onmiddellijk na binnenkomst pakt Lex het grote fotoboek dat hij heeft samengesteld over de geschiedenis ervan. Alle oude afbeeldingen van het huis die hij maar vinden kon, zijn vergroot en hebben een plaatsje gekregen in chronologische volgorde. Ik zie het pand zónder tramrails voor de deur, mèt de tramrails en dan weer zónder aan mij voorbijkomen. Een voormalige bewoner vertelde hen dat die rails zo vlak voor de deur, beslist geen gevaar opleverde, hoogstens voor zwaar gehoorgestoorde personen. 'De tram maakte zoveel lawaai, datje hem bij de bocht van Koster (het begin van de Weststraat) al hoorde aankomen. Wel was het zaak om de ramen boven dicht te houden, de rookpluim had de neiging om de zolder van het huis op te zoeken'. Het pand, waar lang de familie Blom woonde, kwam in 1994 te koop. Dit was eigenlijk net iets te vroeg voor de familie Luijendijk. In 1995 zou Lex met de VUT gaan en Emmy moest als verpleegkundige zelfs nog wat langer doorwerken. Maar wat doe je als je een huis ziet waarvan bijna alle aspecten je aanstaan? Natuurlijk koop je het dan. Zo'n kans krijg je immers nooit weer. De staat was niet zo geweldig, maar ze waren gewend om te klussen en te verbouwen, dus dat leek geen probleem. Zo werd de voormalige woning van de Haamsteedse molenaar, met ruime tuin en aanbouw erachter hun eigendom. 'Bij nader inzien kreeg ik toch wel buikpijn', vertelt Lex. 'Het was veel slechter dan we dachten. Alles was scheef, als je een pen op tafel legde, rolde die er af. De makelaar zei zelfs: 'Het heeft zijn doodskleed aan'. Ik kreeg er slapeloze nachten van, wat hadden we ons op de hals gehaald? Toen hebben we een goede vriend gevraagd om eens te komen kijken. Hij weet alles 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2004 | | pagina 13