Het gezin werd opgepikt met een boot die al over
vol zat. Van de boot werd geroepen dat niemand
iets mocht meenemen. "Maar ja, dat bijbeltje had
ik net voor mijn verjaardag gekregen! Dat kon ik
toch niet achterlaten!?", vertelt ze. "En boven
dien, dacht ik, ik kan niet slapen zonder mijn duim
en zonder mijn beer, dus die beer moet ook mee.
En toen ik toch bezig was, kon er ook nog wei een
paar sokken bij. Dus ik verstopte de sokken in mijn
ene en het bijbeltje in mijn andere zak en de beer
onder mijn jas. En zo ben ik door het raam
geklommen." Een vrouw die in 1953 12 jaar oud
is, vertelt hoe haar huis instortte onder de druk
van het water. Gelukkig was het gezin toen al
door een oom uit het huis gehaald. "De buiten
muur viel in één stuk om en het bovenste deel van
de kabinetkast, dat met zijn rug tegen de zolder
muur stond, viel mee. En de kast is blijven drijven,
met de deurtjes omhoog. Hij dreef het gat bij
Schelphoek uit, de Oosterschelde over en spoelde
aan op Noord-Beveland. Na een flinke speurtocht
kwamen de Bevelanders erachter van wie de kast
is geweest en werd de inhoud ervan terugbe
zorgd. Onder andere alle sieraden van mijn groot
moeder."
"De pokken zaten erop"
Jan en Annie Koster-Leistra zijn nog niet zo lang
getrouwd als het water komt. Ze verteilen dat hun
huis het rond Pasen 1953 begeeft. Als het gezin in
december van dat jaar in Haamstede op bezoek is,
is de polder zo droog dat ze erheen kunnen. In de
modder vinden ze nog delen van het ontbijtser
vies, dat Jan aan Annie gaf op haar twintigste ver
jaardag, toen ze nog niet eens getrouwd waren.
In het oude huis stond het servies in de spindekast
tussen de bedsteden in. "In de maanden dat het
water in het huis stond, is het waarschijnlijk naar
beneden gedwarreld in het water", zegt Jan.
"In ieder geval is het in de kelder terecht gekomen
en waren er veel onderdelen nog heel." "Het was
natuurlijk vreselijk vies, niet meer compleet en de
pokken zaten erop. Maar we waren als kinderen
zo blij dat we iets terugvonden van vóór de
ramp!", vertelt Annie. "En nog steeds zijn we er
blij mee. We zijn er vreselijk zuinig op!"
Hoe bijzonder of 'gewoon' de voorwerpen en de
reddingsverhalen zijn - voor de geïnterviewde
maakt het niet uit. Allen, niemand uitgezonderd,
spreekt met liefde en eerbied over het voorwerp
dat de ramp 'overleefde'.
Met opzet kozen we ervoor de verhalen als bele-
vingsverhalen te laten staan. Alle interviews zijn
door de geïnterviewden gelezen en gecontro
leerd. Zo zijn de verhalen gecheckt; verdere
research is niet gedaan. In de portretten kunnen
dus zaken staan die niet zo hebben kunnen zijn,
maar die wel zo beleefd zijn. Het ging ons erom
de geschiedenis, zoals de betrokkenen hem
beleefd hebben, op papier te zetten. Niet om fei
telijke geschiedschrijving als zodanig. Hoe dan
ook, de verhalen geven een persoonlijk en indrin
gend beeld van de nacht van de ramp, van de
dagen erna en van de invloed die de ramp heeft
gehad in het leven van mensen.
Met de 25 verhalen en foto's gingen Corien en ik
op zoek naar een uitgever. Manda Heddema van
uitgeverij De Koperen Tuin te Goes was meteen
enthousiast. De eerste februari in 2008, toen het
55 jaar geleden was dat de noordwesterstorm
over Nederland woedde, kwam het boek Uit het
water gered uit, waarin de portretten gebundeld
zijn. De presentatie was in het Watersnood
museum en - heel treffend - de wind stormde
met vreselijke kracht over Zeeland.
Uit het water gered
Marga Haas en Corien de Witte
Uitgeverij De Koperen Tuin
ISBN 9789076815251
€19,50
12