geen brave jongen. Aangezien Jacob direct achter de duinen woonde, is het waarschijnlijk dat ook hij zich met deze illegale activiteiten heeft bezig gehouden. Wanneer in 1788 de spanningen tus sen orangisten en patriotten ten top stijgen is Jacob van de partij. Hij neemt deel aan de plunde ringen te Zierikzee en Renesse, maar wordt vervol gens uit de groep van plunderaars gezet wegens verkeerde sympathieën. Tijdens het plunderen had Jacob zich een Friese rok toegeëigend, wat als gevolg had dat de groep Jacob bestempelde als "niet waardig om aan de acties deel te nemen." Er was duidelijk een erecode, waarbij de bezittingen van patriotten alleen werden vernield. Aanvankelijk ging het stelen van eigendommen ook de opstandelingen een stap te ver. Zijn activi teiten kwamen Jacob trouwens ook van overheids wege nog duur te staan, want hij werd voor de periode van zeven jaren van het eiland verbannen. Toontje Braber, met jonge opgroeiende kinderen, was hierdoor van de inkomsten en zorg van haar man verstoken. Om in haar levensonderhoud te kunnen voorzien wendde zij zich met enige regel maat tot de kerk. Haar verzoeken om ondersteu ning werden keurig bijgehouden. Zowel 1796 als Kaart van het westelijk deel van het eiland Schouwen, 1747, fee. Corn. D. Kanter, topogra- fisch-historische atlas GASD. 1797 vermelden de notulen van de diaconie dat Toontje werd vrijgesteld van kerkelijke belasting, wegens de gebannen toestand van haar echtge noot. Hoe effectief deze verbanning was blijft de vraag. Toen eind 1797 de Noord-Amerikaanse driemaster The Fame strandde voor de Schouwse kust, werd een groepje Renessenaren betrapt op de diefstal van tabak. Onder hen bevond zich ook Jacob van der Werve8. In hoger beroep wisten de dieven hun straf te ontkomen. Uit het voorgaan de mogen we constateren dat Jacob van der Werve een kruimeldief was, een 'vrije jongen', die elke kans aangreep om zijn schamele bestaan als helmpoter te verruimen. Gruwelijke ontdekking Op 13 maart 1800 werd door het Zierikzeese stadsbestuur genoteerd dat de baljuw de voor gaande dag door de schout van Renesse was geïnformeerd dat het gezin van Jacob van der Werve, in hun woning aan de duinkant, dood was aangetroffen. Uit de verwondingen bleek direct dat het gezin op afgrijselijke wijze van het leven was beroofd. De Zierikzeese baljuw reisde direct naar Renesse en, na zich op de plaats van het mis drijf op de hoogte te hebben gesteld, nam hij een aantal maatregelen. Zo werd de reeds geposteer de Franse wacht vervangen door een veldwachter. Onder de aanwezige Franse militairen werd een beloning van 100,- uitgeloofd voor het verstrek ken van cruciale informatie of de gouden tip, die tot aanhouding van de dader kon leiden. De heer Bolle, Commissaris voor Criminele Zaken van de Stad Zierikzee, werd met het onderzoek belast. Tevens werd opdracht gegeven tot lijkschouwing door de Zierikzeese stadsdoctor en een chirurgijn9. Bebloed mes Bij het binnentreden van de woning van Van der Werve troffen de gecommitteerden een gruwelij ke situatie aan. Het schouwrapport maakte het mogelijk een reconstructie hiervan te geven. In de woonkamer werd Johannes Braber gevonden. Zijn lichaam vertoonde vijf wonden, waarvan de mees te dodelijk waren. Uit het schouwrapport van 20 maart 1800 blijkt dat hij met een degen werd gestoken "tot in de linker holligheid" van zijn hart. Toontje van der Werve-Braber werd in dezelfde kamer aangetroffen, gebonden aan han den en voeten. Zij was middels een diepe snede in 4

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2008 | | pagina 6