De 'Twee Gebroeders' van J.W. van Beveren uit Brouwershaven voer op Dordrecht en Rotterdam. Jarenlang was dit scheepje het kleinste beurtschip vanuit Zeeland op Rotterdam (foto collectie auteur) zelden om ermee te vluchten. De meeste schepen werden vroeg of laat, en soms tot ver in Duitsland, weer teruggevonden. De teloorgang Na de oorlog kende de beurtvaart een korte ople ving. Nederland was verwoest en leeggeroofd en de infrastructuur was grotendeels vernietigd. Alles moest weer opgebouwd worden, en dat leverde voor de beurt- en binnenvaart nogal wat werk op. Toch was deze opleving maar van korte duur. De belangrijkste factor die de ondergang van de beurtvaart bespoedigde was de groei van de vrachtwagenpark. Op de kortere trajecten ver dwenen de beurtschepen het eerst. Op de lange re trajecten, en dan nog meestal vanuit de grote re plaatsen, hielden ze het langer vol. Aan het begin van de jaren zeventig verdween het laatste beurtschip uit Zeeland. De beurtschipper De beurtschipper vertrok van een vaste plaats op vaste dagen naar zijn bestemming. Vanuit heel Zeeland voeren er vanaf de jaren twintig van de vorige eeuw wekelijks ruwweg zo'n tachtig motorbeurtschepen op Dordrecht/Rotterdam; een klein aantal van hen voer door naar Amsterdam en Zaanstreek. Voorts kende Zeeland nog een 25-tal beurtschippers die in Zeeland zelf, tussen diverse Zeeuwse plaatsen onderling, voeren. Voor zover mij bekend voer alleen Vermeulen uit Middelburg met twee schepen op Antwerpen. Duidelijk is dat 'de handel' vanuit Zeeland voorna melijk bestond uit vaarten naar Rotterdam/ Dordrecht en omstreken. In feite werd er van alles vervoerd waar behoefte aan was. Naar Rotterdam gingen veel agrarische producten. Op de terugreis werden allerlei gebruiks- en verbruiksgoederen meegenomen. Granen en peulvruchten werden in Rotterdam op de beurs verhandeld, terwijl de aardappelen direct vanaf het schip verkocht werden. Zo'n beurtschip per deed die handel zelf en werd daarom eigen- handel-beurtschipper genoemd. De beurtschip pers vanuit de grotere plaatsen zoals Middelburg, Terneuzen, Goes en Zierikzee hoefden er geen 8

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2008 | | pagina 10