OVER EEN "AEMSTEESE REIZE"
EN EEN KLOMPJE
[Mededelingenblad van Stad en Lande van Schouwen-Dulvelandnr. 48, p. 257-260] A. de Vin
Van onze voorzitter, de heer J.L.Braber, ontving ik
een cassetteband van H. Doeleman Hzn. te
Dreischor, waarop door P.J. Padmos in Dreischors
dialect een verhaal ingesproken was over een
"aemsteese reize", die twee "Reissenaers" in de
vorige eeuw maakten, toen de Schouwse
Westhoek voor eenvoudige lieden nog slechts
wandelend bereikbaar was. Blijkbaar leefde een
van de reisgenoten wel letterlijk op grote voet,
want tijdens de reis bleek, dat er een klompje van
zijn jongste dochter in een van eigen klompen zat.
Deze anekdotische bijzonderheid vormt de kern
van een reisverhaal uit een tijd, toen auto's (geluk
kig!) op onze wegen nog een onbekend verschijn
sel waren en een familiebezoek in Haamstede de
enige afwisseling betekende voor een jaar lang
hard werkende mensen.
Padmos laat aan zijn verhaal een kort gesprekje
voorafgaan met een niet nader genoemde per
soon. In dit gesprek wijst hij erop, dat "terug" in
het dialect vromme is, waarvan hij zegt dat het
afgeleid is van waerom "waarom". Hij zal echter
bedoeld hebben: "weerom". Mogelijk heeft
Padmos hier iets minder duidelijk gesproken of de
band zijn uitspraak niet geheel geregistreerd. We
laten thans het verhaal met zijn voorafgaande
inleiding, fonetisch gespeld, in zijn geheel volgen.
In 't Ollans praete men van "heen en terug", mar
in 't dialect ei j'êêl andere woorden. Wattan? Der
nae toe in vromme. Vromme das oweleid van
waerom, weet je wel, vromme. Ei j'n al oop'ezèt?
Ja oor, hij staat an.
Op een mööje zoomerzondagochend (daer ei je't
a) in de maand, in de maend van juni in êên van
de jaeren van de vorege êêw, mit opgaen van de
"Der wèg gi(e)ng du Lopseswèg in et Östwéégje oover Noordgouwe, du de Beerewèg [sic]", Historische
Atlas Zeeland, Chronotopografische kaart des Rijks, 1:25.000, Landsmeer, 1989. De kaart stamt uit
1903/1918.
12