Schaalepoek enz." Volgens de topografische kaart
1:25.000 van 1915 was deze route:
Dreischor-Noordgouwe-Heereweg-Kakkers-weel-
weg-Vroonweg Kerkwerve-Kerkweg-Verseputse-
weg- Prommelsuis-Zeedijk-Schelphoek, etc. Na
de herverkaveling is dit ongeveer de route
Kakkersweel weg-Kerkwerve-Verseputseweg.
Men kruiste dus vanuit de Verseputseweg de
Kooiweg en liep via een korte verbindingsweg
naar de zeedijk bij Prommelsluis. De Reizigers zijn
dus niet het hoefje met de naam "d'Oute Poppe"
gepasseerd en ook niet het pikgat. Beide lagen
iets meer naar het zuiden toe. Misschien m en de
mensen uit het verre Dreischor dat de grote weel
in de hoek van de Verseputseweg en de Kooiweg
het Pikgat was. Op de verschillende topografische
kaarten staat het Pikgat echter aangegeven op de
plek waar de Kooiweg vanuit Zierikzee bij de zee
dijk komt en ook in het Prentbriefkaartenboek is
hier ongetwijfeld het Pikgat gesitueerd. Met de
aanduiding "over 't Pikgat, de Prommelsluis en
d' oute Poppe" hebben de reizigers misschien het
gehele gebied hier bedoeld.
Over wachthuisjes aan de Schouwse zeedijken
staat heel wat vermeld in de notulen van het
bestuur van het Waterschap Schouwen, zoals die
in de boeken van Fokker zijn opgenomen. Tijdens
de Oostenrijkse Successieoorlog van 1741-1748
werden b.v. zeven wachthuizen in de polder
Schouwen gemaakt, aan Suzannes nol,
Flaauwers, Zuidduinen vuurtoren, achter Renesse,
aan Repart en aan Den Osse. Die wachthuizen
waren nodig voor soldaten, die landingspogingen
moesten signaleren. Ze werden op kosten van de
Landwacht door de polder gebouwd. Na de oorlog
nam de polder enkele van deze wachthuizen over.
De naam "de houte Poppen" op de bovengenoem
de kaart van 1752 zou dus op de achthuizen uit
deze oorlogsperiode betrekking kunnen hebben.
Ook gedurende de Vierde Engelse oorlog van
1780-1784 en tijdens de Franse tijd werden
wachthuizen langs de buitendijken gebouwd. In
de notulen worden dergelijke verblijven echter
nergens "Houten Poppen" genoemd.
Bij een heel ander onderwerp zien we in de notu
len wel de naam "Houten Poppen" opduiken:
"Op 7 juni 1770 werd besloten tot bedelven van
den watergang van de houten poppen tot den
Osseweg."
"Op 10 april 1778 werd 't maaien van den zeedijk
van de Houtenpoppen tot aan de Flaauwersinlaag
verpacht aan Egge Lammers."
in deze laatste notulen gaat het duidelijk om
"de houten poppen" in de omgeving van
Rengerskerke-Prommelsluis. Volgens het Woor
denboek der Zeeuwse dialecten is een poppe o.a.
een in een knoop gelegde handvol halmen om
een te maaien vak aan te geven; "een poppe zet
ten" betekent een vak uitzetten voor de maaiers.
Het woord komt voor op Walcheren en in West
Zeeuws-Vlaanderen. Het is duidelijk dat poppe in
deze betekenis in de notulen wordt gebruikt.
Maar wat is een houten poppe? Wanneer, zoals
Fokker en De Vrieze aangeven, hiermede wacht
huisjes worden bedoeld, dan zullen deze huisjes
tevens benut kunnen zijn voor de plaatsaandui
ding voor werk aan de dijken en de watergangen
achter de dijken. Veel markeringspunten zijn langs
de dijken tenslotte niet te vinden. De nadere aan
duiding "hout" had dan betrekking op het hout
waarvan de wachthuisjes waren opgetrokken en
moest aangeven dat hier niet sprak was van de
normale van stro gemaakte poppen, in dit ver
band was het niet toevallig, dat op de plaatsen
waar in de notulen sprake is van poppen voor
afbakening, ook wachthuizen stonden, nl. bij Den
Osse en bij Prommelsluis. Het silhouet van een
schildwachthuisje boven op de dijk zal wel zeer
opvallend zijn geweest en op grote afstand de
indruk hebben gemaakt van een pop of een mens.
Maar misschien hadden de houten poppen wel
helemaal geen connectie met de wachthuisjes.
Het kunnen ook speciale, van hout gemaakte,
afgrenzingspalen zijn geweest.
Tenslotte nog een meer romantische verklaring.
Er is een oud verhaal dat de Fransen wel eens
levensgrote afbeeldingen van soldaten op hun
wachthuisjes schilderden. Wanneer de schilwacht
afwezig was, merkte de vijand dit niet. Ook
anderszins werden in die tijd wel soldatenfiguren
van hout gemaakt en beschilderd. Dat waren dan
met recht "Houten Poppen". Maar of deze naam
op Schouwen op deze manier verklaard kan wor
den, is zeer de vraag.
Tenslotte dient nog vermeld te worden, dat niet
alleen op Schouwen de naam "de Houten
Poppen" voorkomt. Een boerderij aan de noordzij
de van Noord-Beveland tussen Wissekerke en
Kamperland draagt b.v. ook deze naam.
5