ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE
NAJAARSEXCURSIE NAAR HAARLEM
Peter Vleugel
Op zaterdag 5 september gaan we met de
Vereniging Stad en Lande van Schouwen-
Duiveland naar de mooie oude stad Haarlem. De
laatste jaren neemt het aantal deelnemers wat af,
zodat nu besloten is met één bus te gaan. Dat
betekent wel: wie het eerst aanmeldt, gaat het
eerst mee. Wanneer u zich wilt aanmelden, dan
kunt u gebruik maken van het bij dit blad bijgeslo
ten inschrijfformulier.
In 1214 liet de Hollandse graaf Willem een jacht
slot aan de rivier de Spaarne bouwen. Een adellijk
huis of jachtslot op een hoge zandrug temidden
van uitgestrekte bossen, het zogenaamde
Harloheim. Holland was in die tijd smaller dan
tegenwoordig, want het IJ en het Haarlemmer
meer strekten zich over een groot gebied uit. De
Spaarne vormde een goede waterweg tussen
bovengenoemde wateren en langs de duinen liep
een oud zandpad, kortom een strategisch kruis
punt om een versterking te bouwen.
Graaf Willem II gaf de nederzetting stadsrecht in
1245, zodat de bewoners eigen bestuur en eigen
rechtspraak kregen. Vaak verbleven de graven
hier in het grafelijk hof. Er kwamen vanwege het
goede water ook een aantal brouwerijen in
Haarlem en diverse blekerijen langs de Spaarne.
Op een gegeven moment waren er zelfs ruim 100
brouwerijen in de stad, ze produceerden veel bier
dat elders werd verkocht.
Na de grote gildenoproeren eind dertiende eeuw
in Vlaanderen kwamen een aantal wevers naar
Zierikzee, Haarlem en Leiden, waardoor ook in
Zeeland en Holland de lakenijverheid zich ont
wikkelde. Diverse straatnamen in Haarlem herin
neren nog aan de wol- en lakennijverheid. Aan de
overkant van de Spaarne bevonden zich een aan
tal scheepswerven.
Haarlem werd in de zestiende eeuw een bisdom
en religieus centrum, de Sint Bavo een kathedraal.
Van de Tachtigjarige Oorlog ondervond Haarlem
ook ernstige gevolgen, met een belegering, brand
en beschietingen, zodat een derde van de stad
verwoest werd. Aan de andere kant betekende
deze oorlog nieuwe bloei en economische impul
sen voor de Spaarnestad. Toen in 1585 Alexander
Farnese Antwerpen veroverde, vluchtten namelijk
veel kooplieden, wevers en protestanten naar het
noorden, ondermeer naar Haarlem. Dit betekende
dat de stad flink uitbreidde.
Door oorlogsgeweld en religieuze onlusten waren
er ook veel weduwen in Haarlem. Voor hen wer
den in de zestiende en zeventiende eeuw een
aantal beschermde hofjes rond een binnenplaats
gebouwd. Bij hofjes hoorde altijd een kapel.
Een groot aantal hofjes is bewaard gebleven.
Veel activiteiten speelden zich op en rond de Grote
Markt af. Daar verrezen dan ook een aantal zeer
belangrijke gebouwen: het stadhuis, wat deels
vroeger een Dominicaner klooster was, ook logeer-
6