De voorzijde van het Burgerweeshuis, Braat Voorhuis.
Het gevoel van verantwoordelijkheid van de
Zierikzeese regenten voor hun wezen ging soms
ver. Een uit Zierikzee afkomstige wees, die een
opleiding volgde in Amsterdam, verbleef daar in
het Burgerweeshuis. In 1906 bezocht de toenma
lige voorzitter van het Zierikzeese college van
regenten, mr. Moolenburgh, de jongen om te zien
hoe het met hem ging.
Als een wees de leeftijd van 20 jaar bereikt had
werd hij of zij geacht zelfstandig in het leven te
kunnen staan en ontslagen: de meisjes per 1 mei
en de jongens met Pasen.
De aantallen wezen in het Burgenweeshuis in
Zierikzee zijn in de hier betreffende periode klei
ner dan je zou verwachten. In 1896 waren er 10
weesjongens en 12 weesmeisjes, in 1899 13 jon
gens en 9 meisjes en in 1903 10 jongens en 10
meisjes.
De wezen hadden redelijke vrijheid om buiten het
weeshuis te komen. Volgens de 'Instructie voor
den Vader en de Moeder' uit 1898 moesten dezen
er op toezien dat de kinderen op zon- en feestda
gen in de maanden april tot en met september
uiterlijk om negen uur thuis zouden komen. In de
overige maanden was dat acht uur. Over de ande
re dagen wordt niet gesproken. Als het kermis
was mochten de kinderen op zaterdag, dinsdag
en donderdag tot uiterlijk negen uur uitblijven,
maar zich op die dagen in geen geval vóór één uur
's middags op de kermis vertonen.
Op de andere dagen wordt de kermis niet
bezocht, laat de Instructie weten.
In 1906 stelde de binnenvader aan regenten voor
om, ter gelegenheid van de kermis, de wezen wat
geld te geven: de groten 50 cent en de kleinen 25
cent. Dat werd door de regenten goedgevonden.
In het huishoudelijk reglement van 1929 was er
sprake van een fooienboek, dat werd bijgehouden
door de vader, voor de kosten van reisjes of verma
kelijkheden ten behoeve van de wezen. Ook was er
een zogenaamd wezenpotje dat hetzelfde doel had.
In 1862 werd voor het Burgerweeshuis een ander
gebouw gekocht en tot weeshuis geschikt
gemaakt: het huidige gebouw Poststraat 45. Het
nieuwe weeshuis werd betrokken op 24 augustus
1863 en de eerste vergadering van de regenten
vond op diezelfde dag plaats. De wezen kregen
11