■d
Februari 1953: Marinus de Rijke's boerderij 'Tussen Beiden". Collectie Gemeente Archief Schouwen-Duiveland.
Hier waren veel mensen uit allerlei landen. We
zaten in een prachtig gebouw midden in een bos.
We zijn er drie weken geweest en we werkten aan
een spoorbaan. Ook daar moesten we weer weg.
Toen reisden we naar het plaatsje Ouleben, een
klein boerendorpje, ik dacht in de provincie
Saksen ofThüringen. Daar zijn we ongeveer vier
maanden geweest. We lagen daar in dat dorp in
een Lager met mensen van Flakkee en Schouwen-
Duiveland en werkten met z'n allen ook aan de
spoorbaan. Het dorp lag 3 km van het treinstation
vandaan, in het Lager was ook een zogenaamde
Lagerführer, die het daar voor het zeggen had.
Op een morgen had ik een heel dikke knie. Ik kon er
niet op lopen. Dit tegen de Lagerführer gezegd. Ik
moest voor hem naar de dokter en omdat er in dat
dorp geen dokter was met nog een paar jongens
uit het Lager, die kiespijn hadden, naar de stad
Heringen. Zij hebben me daarvoor op een vierwiel-
karretje gezet. Door de dokter is de zaak bekeken,
naar de apotheek spullen halen en weer op dezelf
de manier de weg terug. Enige weken met mijn
been recht op een stoel gezeten en na controle
mocht ik weer aan het werk. Dit heb ik toen door
gegeven aan de Lagerführer met de vraag of ik
ander werk mocht doen. Op zijn vraag wat ik dan
wilde, antwoordde ik: Bij de boer werken. Dat
kwam goed voor mij uit omdat die Lagerführer
goed bevriend was met een boer. Vanaf die tijd was
ik bij die boer in huis en in de kost, ook slapen. Dus
ik was van dat Lager af. Ik deed daar al het voorko
mende werk. Het gezin bestond uit man, vrouw en
dochter. Het waren aardige mensen. Het eten en
drinken was er goed en de verdere verzorging was
ook goed. ik ben er geweest tot aan de bevrijding.
Dat was op 11 april 1945.
De optimistische en dienstbare Merien is in
Nederland teruggekeerd en daarna heel snel
getrouwd met zijn Ouwerkerkse verloofde Maria
Adriana Smits. Meer dan een jaar daarvoor had hij
haar voor het laatst gezien op haar evacuatie
adres in Kats. Samen vestigden zij zich op
Ouwerkerk en kregen een zoon en een dochter.
Met veel plezier is Merien zijn brood in de land
bouw blijven verdienen. Tot op hoge leeftijd ver
zorgde hij nog de tuinen van mensen, die daartoe
zelf niet meer in staat waren.
20
I