WIE EN WAER IS DAT NOE?
1
Foto's van onbekende plekken of personen op Schouwen-Duiveland.
De raadfoto in nr. 128 leverde weer veel reacties
op, zowel telefonisch als per mail. Vodfal de plek
werd snel gelokaliseerd: de hoek van de
Meelstraat en de Kinderstraat.
Meelstraat 40 ca. 1910. Bron: Gemeentearchief
Gemeente Schouwen-Duiveland, afbeelding V0189
Meelstraat 40 anno 2010. Er is degelijk verbouwd en
de lantaarn is verdwenen. Bron: fotocollectie Peter
Maartense.
Het winkelpand staat aan de Meelstraat en de
hoge huizen aan de Kinderstraat, die verderop
Zevengetijstraat heet.
Koos Bienefelt uit Veldhoven schreef:
Het hoge huis was de timmerwinkel van Sam de
Vlieger, die meest doodskisten maakte. Zijn gezin
was vrij groot. Wij woonden in de jaren dertig in
de Meelstraat, een eindje verderop, richting
Dikke Toren. Mijn vader had een bierbottelarij
en limonadefabriekje, J.A. Bienefelt. Grootvader
J. Bienefelt was bakker op de Schuithaven en
maakte heerlijke Zeeuwse boterbabbelaars.
Tegenover de winkel op de foto (dus in de
Meelstraat) was de bakkerij van Van Schayk en
daarnaast woonde timmerman Wijsman. Bij goed
weer zaten veel mensen uit de buurt op de stoep
bij De Vlieger in het zonnetje, onder andere ook de
knechten van aannemersbedrijf Leen van de
Houten. Als ze even niet hoefden te werken, ten
minste. Dat was voor ons als kleine jongens altijd
heel spannend, we luisterden stiekem naar al die
mannenverhalen. Dat gebeurde in de tijd dat we
veel buiten speelden en de verschillende spelle
tjes elkaar opvolgden. Voor alles was een vaste
tijd. Er was een tijd van touwtje springen en daar
na gingen we ballen. De meisjes waren heel
bedreven in het ballen met drie, vier of vijf ballen
tegelijk! Daarna werd er geknikkerd en later
gehinkeld, met het zogenaamde hinkelhuusje. Dat
deden we met blokjes die uit de werkplaats van
Wijsman kwamen. Op straat werd dan een recht
hoek getekend van 1.5 m. bij 3 m., die verdeeld
werd in acht gelijke stukken, twee aan twee. Daar
hoorden dan weer allerlei kunstjes bij. Je gooide
het blokje in een aangewezen hokje en dan hin
kelde je door alle hokjes heen. Om de beurt,
natuurlijk! Daarna kwam nog de hoepeltijd. Er
waren toen nog maar een stuk of tien auto's in de
stad, dus konden we fijn op straat spelen. We
speelden ook vaak op het kerkplein van de zoge
naamde "slierkerke", vanwege de schuine hardste
nen zijkanten van de kerktrappen, waar je zo heer
lijk van af kon glijden. Fijne jeugdherinneringen!
Wim Sprengelmeijer en Bep Quant konden zich
nog goed herinneren dat het winkelpand in de
Meelstraat werd bewoond door Jacob de Vlieger,
zijn vrouw Cornelia van der Wekken en hun drie
kinderen Miep, Cathy en Daan. ze hadden een
manufacturenwinkel, op z'n Zeeuws "een winkel
in ellegoed".
Jacob de Vlieger stierf in 1945. Zijn weduwe emi-
23