Tweede pinksterdag 1819 konden kermisbezoe
kers 'op Schuddebeurs' mastklimmen. Dit was het
jaar van het vogelschieten. Heeft de staak met de
houten vogel op de kermis misschien een tweede
functie gekregen? Als dat zo is dan zouden spor-
tievelingen zich tot de duizelingwekkende hoogte
van meer dan eenentwintig meter (zeventig
Schouwse voeten) hebben kunnen opwerken.
Verrassend nieuwerwets aandoende sportieve acti
viteiten zijn de speciaal voor meisjes georganiseer
de hardloopwedstrijden, ter gelegenheid van de
kermis van 1816 en 1817. Dit curieuze evenement
doet denken aan schaatswedstrijden in Friesland
aan het begin van de negentiende eeuw. Friese
meisjes op de schaats konden destijds aan speciaal
voor hen georganiseerde wedstrijden deelnemen.
0 Met permissie tal er bij J. H. BUKKER te Schuddebeurs.
op aanslaande Zondag namiddag, den i3 September, ecu lraai
M Z IJ K gegeven worden door bet groote Koor Bergsche
Muzijkaiitcu.
(advertentie 'zierikzeesche Courant' 77 september 1829)
Muziekuitvoering
Op de illustratie in de Zeeuwsche boere kermis
(Goes 1817) hierbij afgebeeld, zorgt een violist
voor dansmuziek. Mogelijk toont de prent een
kermis op Zuid-Beveland, waar de auteur van het
boekje was geboren.
Vanaf 1827 legt de kastelein van Schuddebeurs,
Hendrik Bukker, de nadruk op kleinere vermaaks-
vormen als muziekevenementen, tevens na
Pinksteren. Volgens de Zierikzeesche Courant zou
Hendrik Bukker in 1824 en 1825, op derde paas
dag en tweede pinksterdag, voor muziek zorgen.
Zijn uitspanning, waar de gasten op voormalig
Buytensorge konden verpozen als waren ze
Noordgouwse buitenbezitters.
Voor de jaren 1827 en 1829 had hij in en kort na
de Zierikzeese kermis een gezelschap muzikanten
uit Noord-Brabant kunnen engageren.
De muzikale smaak van de stedelingen en platte
landsbevolking van Schouwen-Duiveland wordt,
naast het gevoel voor humor aldaar, in een kran
tenartikel uit de tweede helft van de negentiende
eeuw niet ongunstig omschreven:
en dat het publiek zoo uit deze stad als uit
de eilanden Schouwen en Duiveland, iets dat
meer dan alledaagsch is weet te waarderen, en
vooral op het kermisfeest goede muziek en
dans, verdienstelijke zang en komieke scènes
op prijs stelt.16
van schuddebeurse kermisactiviteiten uit de
Bukkerperiode vernemen we dankzij de kranten
advertenties in de negentiende eeuw. in de eerste
jaargang van de Zierikzeesche Courant, van 1809,
kondigt Hendrik Bukker aan dat op tweede pink
sterdag paarden zouden draven (zie hierna), en
dat deze dag verder bij hem de kat uit de ton kon
worden geknuppeld. Het tweede voorbeeld van
deze zogenaamde 'kwelspelen' met huis
dieren op de kermis van de herbergier van
Schuddebeurs, dateert van dertien jaar later. Te
paard kon men een haan de kop aftrekken, adver
teert Bukker in de Zierikzeesche Courant 21 mei
1822. De ruiters konden voor een hoofdprijs ter
waarde van meer dan drie rijksdaalders 'een haan
den kop laten aftrekken'. Boven de (beklagens
waardige) vogel zou een vat met water worden
gehangen. Dit kermisvermaak zou door twee
muzikanten worden omlijst.
Het jaar 1821 lijkt het zomerseizoen - direct na de
Zierikzeese kermis - met een evenement met
acrobaten spectaculair te worden afgesloten.
Een gezelschap van kunstenmakers, 'koorddan
sers, springers en luchtklimmers', zou op zondag
16 september van het jaar een aantrekkelijke
voorstelling geven. Ook hier zou om muzikale
omlijsting worden gedacht.
Paardenspel
Hippische belangstelling
Wanneer we de staat van veehouders in
Noordgouwe uit 1819 onder ogen krijgen, trekken
behalve de grote aantallen schapen en runderen
in het bezit van Jacobus Boeye, vooral zijn grote
aantal paarden de aandacht." Deze procureur en
eigenaar van het nabijgelegen buiten Weelzicht,
die zich toelegde op het boerenleven en ook een
boerendochter huwde, bezat toen de voor zijn tijd
forse aantallen stuks vee en paarden. De aantal
len wekken meer de indruk dat deze buitenplaats
nabij Schuddebeurs toenmaals meer het karakter
van een herenboerderij had. Waarschijnlijk dankte
Weelzicht zijn boerenkarakter aan de samenvoe-
12