Botanische voorkeuren
Van alle gewassen die het Schuddebeurse buiten
van de tuindeskundige Job Baster kunnen hebben
gesierd, kennen we slechts de 'zwaare ypeboo-
men' die in februari 1776 - bijna een jaar na
Basters overlijden - in één keer met het elzenkap
hout op Buytensorge door de nieuwe eigenaar in
het openbaar zouden worden verkocht. De iepen
en het lagere elzenhout vormden waarschijnlijk
het windscherm, de zogenaamde 'manteling'
langs de rand aan de noordelijke wegkant en de
dijk aan de zuidkant. Deze zou mooi kunnen heb
ben aangesloten op de lange rij iepen langs de
grens van het belendende herbergperceel in
Basters Schuddebeurse jaren.23 In de minuut van
het biljet van de houtveiling op 24 januari 1765
wordt gesproken van gekapte 'ypeboome staande
voor de herberg op Schuddebeurs'. Achter de
manteling van Buytensorge lagen onder eigenaar
Baster het hof en de boomgaard waarover de
akte van overdracht voor schout en schepenen
van Noordgouwe van maart 1775 spreekt. Evenals
in de tijd van pachter De Clercq kon hier dus een
fruitkwekerij gevonden worden. Hoewel de veld-
boeken, zoals hierna ter sprake zal komen, doen
geloven dat op Basters grondperceel ongeveer
vijftien jaar eerder geen boomgaard meer lag.
Opgemerkt werd dat het de buitenplaatseigenaar
Job Baster was het, die het vermelde handboek
voor tuiniers van de beroemde Engelse hortula-
nus Philip Miller vertaalde. Hij vulde dit ook aan.
Baster verstrekte met één en ander de
Nederlandse tuinliefhebber informatie over de
wijze waarop de tuin aangelegd en onderhouden
moest worden. Het enthousiasme over
Buytensorge in de brief aan de Groningse hoogle
raar uit de jaren zeventig en de mededelingen van
zijn tijdgenoten over de Zierikzeese buitentuin
aan 't Vrije, kan de nieuwsgierigheid naar de
beplanting van de lustplaats behoorlijk aanwakke
ren. De omschrijvingen van de drie achttiende-
eeuwse veldboeken van de Polder Noordgouwe
uit Basters jaren als buitenplaatseigenaar houden
het in 1753 bij twee huizen met (bijbehorende)
boomgaard op het oostelijke en westelijk gedeel
te van perceel 271 en in 1760 bij twee huizen en
één boomgaard daar. Tussen de jaren van de
beide veldboeken dan wel kort voor 1753 kan één
boomgaard geheel of grotendeels zijn gerooid, in
verband met de aanleg van een siertuin. Een
siertuingedeelte op Basters Buytensorge moet
er zijn geweest, anders kon geen sprake zijn van
een buitenplaats van enig niveau.
Over de aard van de beplanting van het buiten,
behalve de iepen, elzen en fruitbomen, kan
alleen maar worden gespeculeerd. Maar wel
met Basters vertaalde en aangevulde hoveniers
handboek in de hand, natuurlijk. Wellicht is aan
plant van extra bescherming verlangende uit
heemse gewassen, zoals op Het Zonnehof in
Zierikzee, minder toegepast geweest. Hebben in
Schuddebeurs gemakkelijker te houden primula
soorten gestaan, waarover hij in Maandlijksche
tuinoefeningen zelf ruimschoots aan het woord
komt?24 Deze sleutelbloemige was op Walcherse
buitens tot de inundatie in de oorlogsjaren als
verwilderd plantje vrij algemeen. Baster duidt in
het boekwerk de stengelloze Primula acaulis
(Zeeuws) als 'bakkruid' aan. De Primula auricula
was op de achttiende-eeuwse buitenplaatsen
en buitentuinen op Walcheren zeer gezocht.
Primula's werden er aantoonbaar sinds de jaren
zeventig van de achttiende eeuw in een 'bloem-
theater' geëxposeerd, een bloemenrek of -tafel
waarboven een beschuttende overhuiving van
zeildoek.25 Denkelijk zal het hier om bijzondere,
bonte ondersoorten van de Primula zijn gegaan.
De maker van 'Het Noord-Gouws Arcadia' van
omstreeks 1755 schrijft over 'bloemrijk groen' in
de mooiste kleuren, in Basters Schuddebeurse
jaren. Hieronder kan de dichter meer verstaan
dan alleen de door deze genoemde lelie en 'vio
letkleurige' en rode rozen. Hopelijk heeft al dit
moois écht bestaan en werd het toentertijd ook
op Buytensorge aangetroffen.
Zie voor meer over de geschiedenis van Job
Basters Zierikzeese buitentuin van de auteur
van dit artikel: inleiding 'Nadere toegang docu
menten huizen en buitentuinen van Zierikzee
in het weeskamerarchief van deze stad 15de
eeuw - 19de eeuw' (Middelburg/Heemstede
2011) pag. XII-XIII, en Martin van den Broeke,
'Een theater voor tuinoefeningen. Job Baster
en zijn tuin Het Zonnehof in Zierikzee', in:
'Zeeland. Tijdschrift van het Koninklijk Zeeuwsch
Genootschap der Wetenschappen' (20) 2011
pag. 3-14.
22