VAN DE REDACTIE VAN DE VOORZITTER Peter Noordermeer Voor u ligt een stevig nummer van het Mededelingenblad van stad en Lande, u zult het misschien niet geloven, maar in de veertig jaar dat ik lid ben (met af en toe een onderbreking), heb ik voor het eerst van mijn leven een ledenvergade ring van stad- en Lande bezocht. Ik ben meer een doener dan een prater, dus met vergaderen heb ik niet zoveel op. Maar als voorzitter van de redactiecommissie ben ik vanaf nu van de partij. Gelukkig houdt de voorzitter van de vereniging ook niet van lang vergaderen, in deze uitgave onder meer de geschiedenis van de Van Langeraads (door Rinus van Langeraad KAzn) en hoe ze al vijf generaties 'boeren' op 'Dreischors Nieuwland'. Verder de merkwaardige geschiedenis van Nathan Samuël Polak (1802- 1871), die begraven ligt op de joodse begraaf plaats aan de Grachtweg, achter de voormalige landbouwschool. Ik heb zijn laatste rustplaats gefotografeerd. Voor je de begraafplaats kunt betreden, moetje door twee hekken, het een nog hoger dan het ander, en allebei voorzien van een ketting met een groot hangslot. Het is in een kleinschalige gemeenschap dan erg prettig datje zomaar de sleutels kunt gaan ophalen bij iemand van de plantsoenendienst, die een paar straten verderop aan het werk is. 'Als het voor stad en Lande is, zit het wel goed,' kreeg ik te horen. Het was bovendien een oud-leerling uit de tijd dat ik nog avondlessen handenarbeid gaf. Tevoren had ik aangebeld bij oud-collega Bibi Kooiman om te vragen of ik niet via haar tuin de Joodse begraafplaats op kon. Maar nee, daar stond een enorm hek. We hebben een klein uurtje zitten bij praten, dat wel. Betty Blikman-Rulterkamp schreef een kunstig in elkaar gevlochten verhaal over het leven van Jacob cats en de vele spreuken die van hem zijn overgeleverd. Ik had het voorrecht een gesprek te hebben met een oud-medewerkster van het distributiekantoor dat in 1939 werd ondergebracht in het postkan toor, dat zich toen aan de Meelstraat bevond. Ze wil niet met haar naam in de krant, maar ze had wel een mooi verhaal. Mocht u toch een ver moeden hebben wie ze is, val er haar niet lastig mee, want dat wil ze niet. Wat er verder in dit nummer staat ziet u links van u in de inhoudsopgave. Rest mij nog te melden dat het stuk over het Kroningsfeest van Wilhelmina in nummer 136 niet van de hand was van Betty Blikman-Ruiterkamp, maar door Jeroen Padmos is opgediept uit de archieven van de Zierikzeesche Nieuwsbode, waar we trouwens ook een aardig stuk aantroffen over straatnamen in Zierikzee. De redactie wenst u veel genoegen met dit num mer. Wijnand Renden De eerste twee weken van juni zaten wij in een chalet in Zwitserland. Draadloos internet aanwe zig, dus voor het eerst de laptop mee om direct met wie dan ook contact te kunnen hebben. Aan beide kanten online betekent geen tijdverschil. Mijn vader voer bij de marine, als machinist. Hij leerde het vak al doende. Anders dan de varensgasten van nu was hij vaak heel lang van huis. Tweeëneenhalf jaar was geen uitzondering, van de zeven kinderen die mijn ouders kregen, zag hij er drie pas rondom hun tweede levensjaar, ik ben er een van. Het contact tussen mijn ouders liep via briefwisseling. Geschreven werd er volop, maar het duurde even voordat de een wist hoe het de ander verging. Weken waren de brieven onderweg. Weken na een geboorte las mijn vader of het een jongen of een meisje was en hoe het kind mocht heten. Zeventig jaar later weet het gros van de ouders weken voor de geboorte het geslacht van de 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2013 | | pagina 5