tuut). Minister De Block stuurde het rapport ver volgens naar de Tweede Kamer met de opmer king dat er 'geringe verwachtingen' over de win baarheid bestonden. Gehalte onvoldoende Daarna werd het stil in de Nederlandse pers. Het werk bij de RGD ging intussen door. Men had daar oude grondmonsters (voor zover ze nog bewaard waren) nog eens onderzocht. Alle diepe boringen uit de Kop van Schouwen bleken urani um te bevatten. De hoogste concentraties wer den gemeten onder de boswachterij. Tot verras sing van de dienst bleek zich in monsters uit Walcheren, Tholen, Zuid-Beveland, Zeeuws- Vlaanderen en uit de Westerschelde óók urani um te bevinden, in hoeveelheden vergelijkbaar met die uit Haamstede, en op veel geringere diepte. Het ging om fosforietknollen uit dezelfde bodemlaag als die op Schouwen, de zogeheten formatie van Breda die zich onder heel Nederland uitstrekt. Men had de fosforietbrok- ken destijds wel gezien maar ze als 'stenen' aan gemerkt. Wat Schouwen betreft: het zou niet al te moeilijk zijn het uranium uit de knollen te halen; het pro bleem was hoe men de knollen boven de grond moest krijgen. Graven in de duinen was om waterstaatkundige redenen onaanvaardbaar, injecteren van zwavelzuur was riskant vanwege de drinkwaterwinning. In alle gevallen ging het overigens om zulke lage uraniumconcentraties dat winning niet bepaald aantrekkelijk was. Die zou pas interessant worden bij een gehalte van meer dan 0,05%. De meetresultaten werden gepubliceerd in zogenaamde 'dienstrapporten' en niet gedeeld met het publiek. In 1970 werd melding gemaakt van de vondst in de Toelichting bij de Geologische kaart van Nederland, een uit gave van de RGD. Pas in 1973 verscheen een wetenschappelijk artikel waarin alle resultaten waren samengevat. 'Het gehalte is onvoldoende om exploitatie te overwegen', concludeerde de auteur, H.M. Harsveldt. De Zeeuwse nucleaire droom was uit. Vroege Vogels Bijna veertig jaar later bracht een actiegroep tegen kernenergie opnieuw berichten over het Schouwse uranium naar buiten. Men deed het voorkomen alsof het hier een primeur betrof! De zaak speelde toen energiemaatschappij Delta plannen had om in Borssele een tweede kern centrale te bouwen. Volgens de groep was het logisch om de splijtstof daarvoor uit de Schouwse bodem te halen. In een radiouitzen ding van 'Vroege Vogels', 11 januari 2011, werd milieuactivist Peer de Rijk aan het woord gela ten. Op de achtergrond hoorde men wat spit- en graafgeluiden; de programmamakers deden het voorkomen alsof hij ergens in Burgh-Haamstede een kuil aan het graven was op zoek naar urani um. Als De Rijk het artikel van Harsveldt gelezen had, had hij zich veel graafwerk kunnen bespa ren want in Haamstede liggen de fosforietknol len 130 m diep en in Westkapelle maar 40 meter! De meeste boorlocaties zijn nog steeds gemak kelijk terug te vinden. Ze zijn afgedekt met een genummerde donkergroene of blauw-witte metalen buis. Bronnen Diverse dagbladen, via www.krantenbankzeeland.nl en www.delpher.nl Het Financieele Dagblad, 3 mei 1969 Tweede Kamer, Handelingen, Zitting 1968-1969, p. 1153 Eerste rapport betreffende de stand van het onderzoek en de evaluatie van de Uraanvondsten bij Haamstede op het eiland Schouwen uitgebracht aan ZE. de Minister van Economische Zaken door de Directeur van de Rijks Geologische Dienst, Haarlem, juni 1969. Toegankelijk via www.laka.org Tweede rapport, idem, september 1971 Harsveldt, H.M., in: Toelichting bij de Geologische kaart van Nederland 1:50.000, blad Schouwen-Duiveland, Haarlem (1970) Harsveldt, H.M., The discovery of uranium at Haamstede (Netherlands), in: Verhandelingen Koninklijk Nederlands Geologisch Mijnbouwkundig Genootschap, 29, p. 63-72 (1973) Laban, C., Fosforietknollen ooit gewonnen als delfstof, in: Grondboor en Hamer 42, p.33-38 (1988) Uraniumwinning, Voorzieningszekerheid, milieu- en gezondheidseffecten en relevantie voor Nederland, Clingendael International Energy Programme, Den Haag (2006) Gemeentearchief Schouwen-Duiveland, Raad van Beheer van de Waterleidingmaatschappij Schouwen-Duiveland 1921-1968, inv. nr. 20 20

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2015 | | pagina 26