Godefridus Udemans
(1581/1582-1649)
Ook Godefridus Udemans behoorde tot de
meest vooraanstaande predikanten in de zeven
tiende eeuw. Hij werd bekend door zijn boeken
waarin hij er niet voor terugdeinsde om aan de
hand van de Bijbel moeilijke kwesties te behan
delen. Een halve eeuw lang was hij dominee op
Schouwen-Duiveland. Dankzij zijn talenten van
hoofd en hart werd hij de centrale spil in het
kerkelijke leven in Zeeland van zijn tijd.
De wieg van Godefridus Corneliszoon stond
in Bergen op Zoom. Zijn vader en grootvader
waren kuipers. Godefridus nam later de
familienaam Udemans aan. Hij ging theologie
studeren, vermoedelijk in Leiden. Het Latijn
beheerste hij uitstekend. Hij was goed thuis
in de klassieke schrijvers en de kerkvaders.
Daarnaast kende hij Hebreeuws, Grieks, Frans
en Engels.
De talentvolle jongeman deed al op jeugdige
leeftijd zijn eerste preek in 1599 voor de
classis Tholen en Bergen op Zoom. Het was
de gemeente van Haamstede en Burgh, die
toen een gezamenlijke dominee hadden,
die in hetzelfde jaar een beroep op hem
uitbracht. Met vaste hand leidde Udemans
de gemeente. Wekelijks kwam de kerkenraad
bijeen. Was er niets bijzonders te verhandelen,
dan werd de kerkorde doorgenomen en werden
oude kerkenraadsnotulen opnieuw gelezen.
Op die wijze kwamen vroegere besluiten in
herinnering. Ook wisselden de broeders van
gedachten over de gehouden preken. Het
geloof in de praktijk van alledag brengen, dat
was een van de kenmerken van het werk van
ds. Udemans.
De talenten van de nog jonge predikant bleven
niet onopgemerkt. In 1602 mocht Zierikzee
een derde predikant beroepen waarvoor de
keus op Udemans viel. Van alles deed de
gemeente van Haamstede en Burgh eraan om
haar predikant te behouden. Daarom duurde
het tot 1604 voordat Udemans intrede deed in
Zierikzee waaraan hij verbonden bleef tot zijn
overlijden. In 1618/1619 was ds. Udemans
een van de Zeeuwse afgevaardigden naar de
nationale synode van Dordrecht. Hij had er een
werkzaam aandeel, want naast de theologie
was hij ook bekwaam in het kerkrecht.
Bekendheid kreeg ds. Udemans vooral door
zijn publicaties. Zo schreef hij een verhandeling
over het Hooglied van Salomo. De daarin
opgenomen vertaling van dit Bijbelboek werd
later gebruikt voor de zogenaamde Staten
vertaling. Ds. Udemans had belangstelling
voor de koopvaardij en visserij, vooral omdat
de economie van Zierikzee steunde op deze
twee activiteiten. Een van de werken, die
daaruit voortkwam, was het boek Geestelyck
roer van 't coopmansschip. Vooral de ethische
kant van het handeldrijven belichtte hij.
Udemans probeerde aan de hand van de Bijbel
antwoorden te geven op moeilijke vragen. Zo
vond hij dat kooplieden aan de armen moesten
denken. Hij schreef onder meer: 'Een koopman
kan zijn goed niet vaster leggen dan aan de
armen want de Heere God staat daar borg
voor en de hemel is de hypotheek daarvoor.'
Dat alles geïnspireerd door wat te lezen is in
Mattheüs 25: 'voor zoveel gij dit een van deze
Mijn minste broeders gedaan hebt, zo hebt gij
dat Mij gedaan'. Naastenliefde en zorg voor
degenen die het minder hebben, bleef een
thema dat ook in de volgende eeuwen nog even
actueel zou blijven.
Godefridus Udemans (Rijksmuseum, Amsterdam)