1 -4- Toi vo'ederacties van enige omvang hoefde dan ook niet te worden over gegaan. Er bleef voldoende open water en wij hebben dan ook de indruk datde -afgelopen winter minder vogels uit het noorden op ons eiland verbleven. Ook de. afgelopen winter zette de Vogelwacht haar activiteiten voort, V: Zo werden bij leden een 50-tal nestkastjes .geplaatst,benevens een aai>i tal voeder taf eitjes. l\ De nestkastjes zijn thans alle uitverkocht. B< Enige '"'kastjes werden gratis ter beschikking gesteld van het" rü'sthuiclE "Duin-oord" te Haamstede, waar zij in h;et park een goede plaats.. krijgei.|W: V/ij wensen de bewoners van dat rusthuis veel genoegen met deze nest- kastjes. Aangezien de broedplaats voor de oeverzwaluw te Renesse- verle.den: jar door onverlaten werd verstoord, werd -met welwillende medewerking va; enige te Renesse wonende leden- aldaar een nieuwe broedgelegenheid j maakt door een wal bij de grote waterplas over een tamelijk grote oppe vlakte steil af te graven. Een niet geringe karwei, waarvan wij echter wel resultaten verwachten, Op het strand waren in het winterhalfjaar wederom de gebruikelijke stookolie-slachtoffers waar tg nemen. Het was vooral de zwarte zee eend, die aan dat kwaad.ten offer viel. ÏREKGEGEVEN.S Op 16 december 1958 wérd in de buurt van het Y/ate.rgat te Renesse een zeearend waargenomen. Kinderen te Ellemeet troffen op 6 januari 1959 in een schuur een papi gaaiduiker (jong exemplaar) aan. Deze bijzondere gast bleek door een verwonding aan één der poten niet meer uit de voeten te kunnen. /De vogel werd meegenomen naar school en hoewel nog getracht is het d.ier in leven te houden, is dit niet mogen .gelukken. s. Het broedgebied van de papegaaiduiker bevindt zich aan de kusten vanjge IJsland, Noorwegen, Ierland en Schotland. ic Een op 21 juni 1958 te Haamstede geringde jonge zilvermeeuw, werd cc 27 september d.a.v. dood aangetroffen te West-Rozenburg. In de maand juni 1958 werden in het Dijkwater te Dreischor 2 jonge kid ten geringd. Eén van deze vogels werd op 24 augustus 1£>58 gevangen t|( lie de Beycheville (G-ironde), Prankrijk, terwijl het andere exemplaar e: werd geschoten op 26 oktober 1958 te lie Pipy (Loire-monding)even- d e _ns in Klankrijk. De eerste pestvogels werden dit jaar in de Westhoek gesignaleerd op. h, 13 januari. Op die datum, werden ook enige overvliegende wilde zwanen't waargenomen. H. Het lid, de heer Viergever te Serooskerke(S.ontdekte op 25 januari® in een der inlagen bij Serooskerke(S.een grote "burgemeester". DezeR' meeuwsoort, ter grootte van een mantelmeeuw maar geheel wit, broedt c rotsachtige eilandjes in de Poolzee. Gedurende de gehele 'maand februari verbleven te Duivendijke tamelijk gi te aantallen brandganzen en grauwe ganzen. Zoals te doen gebruikelijk, gaven de leden P.Duson en J.P.Geleijnse te Renesse ons wederom de resultaten van de door hen in oktober 1958 ge dane trekwaarnemingen aan de kust aldaar. De resultaten zijn afgedrukt op blz. 5. De achter de cijfers geplaatste getallen geven de groepen aan. De waarnemingen vonden plaats van 7.00 uur tot 9.30 uur. Al deze waarnemingen golden uiteraard de trek zuid-west-waarts van vogels, komende van Goeree, ep de noordkust 'van'Schouwen en Duivelaiij aanvlogen, Bezien wij de getallen op blz. 5, dan valt het op, dat de grootste trj zich afspeelt in het midden van oktober. Opmerkelijk is ook de zeer late doortrek van een tweetal zwaluwen. -5- 1 .t

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1959 | | pagina 4