- 5 -
maar sommigen, zoals laatst genoemde, komen voor tot ver in Canada.
Aan een met laag struikgewas begroeide helling van een heuvel,
vond ik eens een tiental nesten van deze op merels gelijkende vogels hij
elkaar onder het struikgewas op de grond. Nest en eieren waren precies
eender als van merels.
Ik had niet verwacht in het noorden van N.Amerika pelikanen aan te
treffen, maar dicht tegen de Canadese grens, aan verschillende meren,
zag ik de prachtige pelikanen, enorme vogels met een vleugelwijdte van
3 meter. Het vissen gebeurde in greepjes en laag over het water vlie
gend duiken ze soms steil in het water naar hun prooi. Typisch was het
dan de kleine meeuwachtige vogels te zien, die hij het hoven water komen
van de pelikanen probeerden de vis uit de grote, schepnetvormige onder
snavel weg te gritsen. Aan de rand van het meer vond ik geen nesten.
Wel zag ik door de kijker, dat op rotseilanden in da.t meer honderden wit
te pelikanen bijeen zaten, hoogstwaarschijnlijk broedend. Dit meer (Fort
Peck meer) is zomaar niet een plasje, maar een wateropppervlakte van
circa 138000 ha., dat ontstaan is doordat een 5 km lange dam is gelegd
in de Missouri rivier, ter opwekking van electriciteit
Hoog in de Rocky Mountains, aan de Gallatin Rivier, een snel stro
mende zijrivier van de Missouri, was ik aan het vissen op forellen en
wel dicht bij een watervalletje. Ik bemerkte, dat er geregeld een paar
leikleurige vogeltjes ever het water kwamen aanscheren en dan onder en
achter het gordijn van vallend water verdwenen. Na lang turen ontdekte
ik een kunstig gemaakt nest van de Noord-Amerikaanse waterspreeuw (Cin-
clus mexicanis) met jongen, die heel frekwent gevoederd werden door de
beide ouderlijke vogels. Vliegensvlug werd het voedsel (vis) gestopt in
het nestholletje, dat juist boven de waterspiegel uitkwam in de zijwand
van het stroompje. Nu bleek dat de ;iUsa,li:, zoals de Amerikanen deze vo
gel noemen, het witte befje van zijn Europees neefje mist. Trouwens deze
waterspreeuw was ook iets kleiner dan de Europese soort, die heel spo
radisch wel eens in Limburg aan de Geul broedt.
Haamstede, januari 1961. W.P.de Vrieze.
Bandieten van lucht, zee en stranden (vervolg)
Het is een rare gewaarwording om een honderd voet vistuig plotse
ling steil de lucht in te zien gaan, met een grote en verbaasde zil
vermeeuw aan het andere eind, vechtend, fla.dderend en zijn pech vervloe
kend. Tweemaal is het ons overkomen, dat we op die manier een zilver
meeuw naar binnen haalden in de stuurhut van onze boot, waar ze, nu ein
delijk eens een keer onderworpen, ons lieten begaan met het peuteren van
de grote haak uit hun hoornige snavel.
We hebben ook wel eens het idee gehad, dat zilvermeeuwen verstand
hebben, mogelijk is het ook wel zo. Op een gra,uwe morgen vorige zomer
gingen we op zalm vissen in de woelige zee buiten de "Gouden Poort" en
we hadden als gast een psychiater, die ons met veel nadruk vertelde,
dat zeeziekte alleen maar een kwestie was van verstandelijke instelling..
Binnen een uur zag hij even groen als de zee rondom ons en hield hij zich
steunend aan de railing vast. Een grote meeuw streek op de voorplecht
neer en keek met begerige blikken naar de sa.rdines, die we voor aas ge
bruikten. Dat voortdurend loeren irriteerde onze vriend, die een emmer
zeewater met inspanning van alle krachten, die hem nog restten, naar
het dier gooide. De doornatte meeuw viel van de railing af als een na-
maakeend in een schiettent.
Onze vriend ging op zijn rug in het gangboord liggen. De meeuw cir-
celde even later weer boven onze boot. Hij leek wel op een bomschutter
uit een vliegtuig. Ineens had hij zijn doel in het vizier en "letgo".
Een grote klets wit trof onze vriend de psychiater. De meeuw gaf nog
even een schreeuw en vloog weg. De enige dwingende reden, die van een
meeuw zo'n meedogenloze verdelger maakt is een onverzadigbare eetlust.
Hun voortdurende honger maakt dat zij alles eten, wat zij maar te pakken
kunnen krijgen en hun keelgat staat voor niets. Wij hebben meermalen ge
zien, dat ze een vis van ruim 20 cm verzwolgen, zonder dat het moeite
scheen te kosten.
Een boer had een vrachtwagen vol puf gekocht, die over zijn land
gespreid, om ze als mest te gebruiken. Hij wachtte echter te lang met