De F J E L D
De toendra, die hier fjeld genoemd wordt, is een arctische
vegetatiegordel van wisselende breedte langs de noordkust
van o.a. Eurazië. De overheersende plantengroei bestaat er
uit mossen, korstmossen en veenmossen. We trokken het Sa-
rek-Wationale park in, een gebied met ongeveer evenveel
land als Zeeland, waar meer dan 100 soorten vogels voor
komen.
In de zomer is de fjeld nagenoeg onleefbaar door de enor
me aktiviteiten van vliegen en muggen. Voor de Fitis dus
een welvoorziene dis en zijn jongen in hun beveerde oven
nest kwamen dan ook niets te kort.
Enkele vogels die we er op de dia tegenkwamen waren:
Moerassneeuwhoen, de vrij algemene Roodgesterde Blauwborst,
Goudplevieren, IJsgorzen, de schaars voorkomende Tureluur,
Bosruiter, waarvan de jongen de kraaiheide hadden opge
zocht en BontbekplevierIn een fjeldmeertje, een prach
tige Roodkeelduiker en een Zwarte Zeeëend met 7 jongen.
Ook de Grauwe Franjepoot was van de partij. Deze vogel
heeft zich uitstekend aangepast aan de korte zomers in
die streken. Indien een broedsel namelijk zou mislukken,
dan was er geen tijd over voor een nieuw broedsel, dus heb
ben de mannetjes het broeden en de verzorging der jongen
op zich genomen. Het wijfje is dan, nadat ze het nestkuil
tje heeft gedraaid en daarin haar eieren heeft gelegd,weer
in de gelegenheid om met een ander mannetje te baltsen
MOSinëlPIEVI E h
30/72