middag vf) 9 oktober in "potdichte" mist met de YE 134 op de Oosterscheldes on;;eve er ter hoogte van de Schelphoek. Op het radarscherm ontdekte hij een vreemd beeld» ITaderbij geko men bleek het een rote plank te zijn waarop een aantal schol eksters zich angstig zaten te verdringen; Even later nog een plank met eenzelfde ""bemanning"» II: vraag gen ze niet naar de daar toch niet zo veraf liggende Schouw- se kust?" Bestaat er /allicht verband tu:sen de ...elding van schip-, per Boc.ert en die van ons bestuurslid de heer F.Schoonakker? Laatstgenoemde meldt op dezelfde dag de vondst van 28 dode 1 het verkeer» "Jaren ooi: deze dieren van koers ger kt en toe nail i, nog op de brug kannen landen (met het voor hen ".ode- lijk gevolg) "lat het onderzoek van de vogels betreft kan voorlopig het volgende worden mee edeeld. De Ir L.Jans uit Roosen daal die als hobby probeert zieke vogels weer te genezen en ook wel dode dieren onderzoekt op de doodsoorzaak kwam enke le sl .ch feoffors ophalen (v/.o. ook een ;.!lg) ik: ,r hij me lacer meedeelde /as zijn innruk dat de vogels gezond v .ren» De na ren «aren leeg (ook var. de wulp) en ook in de darmen waren al tekenen van voedsel gebrek, hetgeen er volgens oe hoer Jans op wijst let do slachtoffers al ongeveer 12 urer zonder voed sel v/aren geweest Van het Centraal Diergeneeskundig Insituut te Deern kreeg ik als onderzoekresultaat "De nieren vermeerder, in staat vnn ontbinding. Hen onderzoek op botulisnus verliep ne gatief ".Van vergiftiging wore fc dus niet gesproken(Vermeld zij dat botulisnus een cacterieziel: ;,c is)» Vóór het schrgven van dit artikel vroe, ik ook nog de mening van twee beleende ornithologen uit het nc.\ reen des lands e heren D.festra (v.- a het Instituut voer Gecolo.isch Ondor- - ter Haren (Gr) Beiden 1:adder, nooit gehoord v-n ccn verrink:.t» ra- dood van scholeksters tengevolge van mist. De h er Hulscher merkte nog op dat scholeksters goed kur.ien zwemen en het wel voorkomt dnt zg zwemmen" overtijen. Coi. Brehm' Pierleben be schrijft de scholekster als een goede zwemmer. Trouwens in ons orgaan "Sterna" van septemjer 1961 beschrijft ons lestuurslid, de heer L.Rouwen een waarneming van een scholekster» die als een meeuw op het water, in het Schelphcekgat neerstreek en zwemmend een "behoorlijke afstand aflegde naar een ondiepe plek. Al met al blijft hoe een raadselachtige zaal:» Persoonlik ben 85/72

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1972 | | pagina 23