eindelijk een paring waar, Voorzichtig haalden we ze uit de doos en plaat sten ze in een andere doos opdat de overige vlinders ze niet zouden verstoren met hun ge fladder. Nog anderhalf uur bleven de vlinders in copula. Het vrouwtje lieten we achter in de aparte doos met wat extra peenplan- ten. Het mannetje ging terug naar de "gezel schapsdoos", maar stierf spoedig daarna dag vond de tweede paring plaats rl<y nep i Reeds de volgende He rest van de vlinders lieten we vrij, na ze gemerkt te hebben met een gekleurde vlek op één van de vleügels. Nog dezelfde dag werd er een bij me terug gebracht en weer vrijgelaten. He volgende dag__zag ik deze vlinder in onze tuin bezig met het afzetten van ei tjes, die echter onbevrucht bleken. He twee vrouwtjes die ik gehouden had waren nu ook volop aan het eitjes leggen. Ze werden één voor één afgezet op een peenblad. Na ongeveer 3 dagen werden de vruchtbare eitjes lichtbruin, en dan langzamerhand steeds zwarter, tot ze na 2-3 weken uitkwamen. He pas uitgekomen rupsjes zijn zwart met een witte plek op hun rug, die duidelijker wordt naarmate de rupsen groeien. Na enkele vervellingen krijgen ze hun mooie groene kleur. Het bleek vrijwel onmogelijk de kleine rupsjes met afgesneden loof te voeden, omdat ze hier vanaf begonnen te krui pen, zo gauw het maar enigszins begon te ver welken. In potten ge plante peenplantjes ble ken beter te voldoen. Na een maand verpopten de rupsen zich en twee weken later kwamen ze uit. (in de zomer duurt het uitkomen van de pop pen 2 weken, terwijl de rupsen, die zich in de herfst verpoppen er 7 cjff S PcicUi->5 oi^e( CAscU cl c($_ L'oh.' v-t y\ e

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1973 | | pagina 30