en dat is eon zeer groet nadeel, als het water doer de 'kiens
zodanig in kwaliteit is teruggebracht dat de eieren geen 'kans
meer maken om jongen voort te brengen.
DE 1PCNE PAD
De trek, naar de paarplaats is vooral bij de gewone pad zeer ge
richt. Al. op de trek vormen zich de paartjes" op de paarplaats
aangekomen houden de padden zich de eerste dagen schuil om on
der invloed van het verblijf in het water on van het daglicht
in de stemming te komen om te paren. C'p de paarplaats maken de
mannetjes zelden gebruik van hun paringsroep; z-e zijn verre in
de meerderheid en blijven rusteloos rondzwc ;:en tot elk vrouw
tje bezet is.
Deze pad heeft zijn zomerverblyfplaats in het bos waar hij zich
overdag schuilhoudt onder plantenafval, in holen in de grond
en onder stenen. In d.e schemering gaat hjj op. jacht. In Schud-
debeurs kwam ik overdag tijdens zomerse regenbuitjes ook wel
eens gewone padden tegen. Deze gedroegen zich dan echter bij
zonder passief.
DE RÜGSTREEPPAD
Rugstreeppadden kwam ik overdag meer tegen dan do gewone pad.
Dit was altijd in de omgeving van Zier.ikzcc wat waarschijnlijk
te wijten was aan het feit dat ondergetekende daar woont. Meest
al ontmoette ik ze 's morgens. Ze liepen dan tussen gras of
gewoon cvor de weg. Als ik overdag een bezoek oracht aan een
sloot langs de Deltaweg op het industrieterrein cn ook wel
langs de Houwerswog te Zierikzee, dan betrapte ik dikwijls
rugstreeppadden, die heerlijk op de taluds zaten te zonnen.
Raast volwassen exemplaren zaten er veel jonge rugstreeppad-
jes van verschillende leeftijden, die bij mijn komst eveneens
snel het water inliepen en wegzwommen onder de waterplantjes.
Vochtige zomeravonden en -nachten leverden, rijdend over de weg,
altijd veel rugstreeppadden op. Op één van deze nachten, om
streeks half twee telden een collega cn ik op het Groene 'Aoeg-
je te Zierikzee over een afstand van ongeveer 200 meter in
enkele minuten tijds, 19 jonge rügstreeppadjes, die met hun korte
pootjes snel de rijbaan kruisten-
Dat ook elders veel rügstreeppad jes voorkwamen, blijkt uit een
schrijven van o.a. ae heer ter Horst van Delden uit Oosterland.
Hij schreef mij; "Ik deel u mede, dat het rondom mijn huis wemelt
van (vooral) rugstreeppadden." De hoer P.Jansen tc Brouwersha
ven vertelde mij dat aldaar in zinkputten van afvalwater zonder
begroeiing rugstreepapadden voorkwamen. "Tussen de aard-
33/73