jonge "bruine kilckers snel in de richting van het veilige water, waar ook het donsjong van ue waterhoen snel een goed heenkomen zocht. Floristisch bezien was het plasje zeer aantrekkelijk. Zeer veel kwam er dc waterereprijs (Veronica aquatica) voor. Wat minder, maar toch regelmatig vertoonden moeraswalstro (Galium palustre) en bittere veldkers (Car-amine amara) hun bloemen. Voor de laatste soort zorgden de dieppaarse helmknoppen en de volle stengels voor oen voldoende onder scheid met de witte waterkers. Tussen gele lis en kalmoes biociden ongeveer 20 exx. van hot voor vee vrij schadelijke pijptorkruid (Oenanthe fistulosa) en 1 exemplaar van het watertorkruid (Oenanthe aquatica) die in het water op punt stond om te gaan bloei en. De roodachtige verdikking aan de onderzijde van de stengel en de gevoerde bladeren gaven ons de indruk van een mini-boom. Voel insekten werden er niet waar enomen, wat mogelijk een gevolg was van de vrij harde wind. Onder de vlinders zagen we geregeld het bruine zandoogje en het hocibeestje, terwijl de StJacobsvlinder slechts éénmaal gezien werd. Toen wo tenslotte hij een forse berenklauw (Heracleüa sphondylium) de met vuursteen verharde "Vlaamse dijk" he klommen, konden we terugzien op een zeer geslaagde en leer zame wandeling. J.J.Eckhardt. qji InodqtW. <itrIorenvalk. Omstreeks half mei hoorde ik van Bert van Tol, dat er in een graansilo te Middelburg een paartje torenvalken zou broeden. Bert, die in deze silo werkt, had van zijn haas gehoord dat dit broeden reeds ongeveer 5 jaar plaats vond De torenvalken hadden er een nest ingericht in een ho rizontale pijp, met een diameter van ongeveer 40 cm, die op een hoogte van ten minste 20 meter ongeveer 75 cm huiten de buitenmuur van de silo stak. Deze horizontale pijp ging na ca. 1-g- meter over in een verticale pijp met dezelfde diameter, die zich vernauwde tot een doorsnee van ongeveer 20 cm. 69/73

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1973 | | pagina 71