7/74 tortelduiven en turkse tortels. Vlakbij hoor ik de harde lach van de groene specht, wat me behoorlijk doet schrikken. En dan ineens het harde ritmische gehamer van de bonte specht, vlak boven mijn hoofd in een dode peppel. Hij heeft geen erg in me en op enkele meters af stand kan ik alles zeer goed waarnemen Het is nu helemaal licht en ik heb kunnen genieten van een prachtige zonsopgang in al zijn sprankelende kleuren. Alle vo gels zijn druk in de weer hun magen te vullen of voor hun jongen te zorgen. Ik zie vinken, koolmezen, pim pelmezen fitis, gekraagde roodstaart en, aangezien ik geen grote kenner ben van al die kleine zangvogels, nog verschillende soorten die ik niet thuis kan brengen. Wat ik wel prachtig waar kan nemen is een groene specht die op de grond dicht onder de boom waarin ik zit, bezig is vier jongen te voeren met in- sekten, die hij op de grond vangt. Ook een patrijs met kui kens en twee fazanthennen met kroost zijn aanwezig om het schouwspel nog levendiger te maken. Het is inmiddels half zes geworden en nog steeds heb ik geen reewild gezien. Daar ik haast niet meer op mijn boom tak kan zitten, probeer ik een ogenblik te gaan staan om zodoende mijn pijnlijke spieren wat te ontspannen. Op dat mo ment komen er in wilde vaart twee reeën aangestoven. Snui vend en kuchend, helemaal niet lettend op gevaar, ging het recht op een bremstruik af, midden op een grasveldje. Daar rende het reegeitje in een cirkel om do struik en het bok je vlak achter haar aan, terwijl hij, weinig zachtzinnig en voortdurend porrend met zijn gewei, probeert haar tot over gave te dwingen. Het is ongelooflijk hoe hard dit drijven achter elkaar gaat en het duurt nu al meer dan een uur. Wie weet hoe lang dit nog doorgegaan was voor de paring (het heslaan) had plaats gevonden

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1974 | | pagina 9