soms van heel ver! Dit is één van die vele wonderen der natuur, waarop we misschien in een volgend artikel nog eens mogen terugkonen. In het begin schreven we al dat de Nachtpauwoog eer nachtvlinder is. Toch vliegen de mannetjes van deze soort overdag en wel in de namiddag. Een rare huis houding zult U zeggen. Ja, maar toch vinden ze elkaar De omstreeks de middag uitgekomen wijfjes blijven ih de vegetatie zitten en worden daar door de mannetjes (snelle vliegers) gevonden en bevrucht. De copula duurt tot de avond. In de avondschemering gaan dan de wijfjes vliegen door de zware lichaamsbouw vliegen ze noeilijker) en worden de planten gezocht waarop de eieren worden gelegd. In totaal kunnen er dat 100 a 150 zijn, die in kleine hoopjes van 10 tot 2C stuks verspreid worden gelegd. De eieren zien eruit als kleine bruingrijze pareltjes van ongeveer 1 mm doorsnee. De ei-fase duurt 3 tot 4 weken, afhankelijk van de temperatuur. De levensduur van een Nachtpauwoog heb ik eens nage gaan bij een kweek in 1963/4. Vanaf de geboorte als rups tot aan het natuurlijk sterven van de vlinder verliepen in totaal 360 dagen. Hiervan duurde de rupstoestand 76 dagen (21 - de poptoestand 275 dagen (76,5/ en de vlindertijd 9 dagen (2,5/). Het dier kan dus ma,ar heel kort genieten van de vlinderfase. De Nachtpauwoog neemt trouwens als vlinder geen voedsel p on toert geheel op wat.^ê hls rups heeft gereserveerd. Dit is dus wel een uit zonderlijk gedrag, immers de meeste vlindersoorten voeden zich (als vlinder) met nectar of andere planoen sappen. Gezien de korte vlinderfase is er ook weinig kans dat we het dier als imago te zien krijgen. Toch raad ik U aan er eens naar uit te kijken, vooral in de maand Mei. Mocht U een exemplaar aantreffen cf later, in Juni en Juli de rups, dan gaarne een bericht Februari 1975 L.P.C. Boot Duinwegje 31, Haamstede. 11/75

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1975 | | pagina 13