ENIGE PUNTEN UIT DE JAARVERGADERING VAN 27 Maart 1975. OOOOOOOOOOOOOOOOOOO00000000000000000O00000000000000000 Samenvatting openingstoespraak van onze voorzitter. 'Uit ervaring in bredere kring bleek hem regelmatig, dat men veelal een verwrongen beeld van de natuur bescherming heeft. Wij schijnen nogal eens verkeerd over te komen, zoals dat tegenwoordig heet. Aan ons de taak- "en graag in samenwerking met de pers"- hierin verbetering te brengen. Men denkt bijv. dat het natuurbeschermers onbekend zou zijn,dat in vrijwel alle gebieden, die wij thans natuurwetenschappelijk of landschappelijk van grote waarde achten, de mens een belangrijke rol heeft gespeeld. Zij menen daarmede de benaming "natuurterrein" te moeten betwisten. Wij weten echter heel goed dat er in de inlagen, onze dijken, bossen, elzenmeetjes en ook de duinen, enorm veel mensenwerk zit. Maar dat wil niet zeggen dat alles zo maar te ver- Vangen zou zijn! Daar is ruimte voor nodig en tijd, soms wel honderden jaren. Eén mijner vrienden meende dat wij nu wel heel erg de wind mee hadden. Dat is juist, naar daar hebben we zelf hard voor gewerkt en dat moeten we blijven doen. De wet op de landschapsparken is ook weer zo slecht overgekomen, uiteraard bij hen die er het eerste mee te maken zullen krijgen, nl. het agrarische deel van pnze bevolking. Niemand kan de toekomst overzien, toch zou ik willen proberen deze wetten en maatregelen eens van de posi tieve kant te bekijken. Door alle tijden hebben de agrariërs veruit het grootste deel van de open ruimte beheerst en gezien de vele mooie plekjes in ons land, vaak op voortreffelijke wijze. Jfear wat in het verleden lonend was, zoals riet, knot wilgen, elzen- eh. ess -nhakhout, is door de huidige economie onrendabel maar voor het landschap van grote betekenis. 17/75

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1975 | | pagina 19