"senex", hetgeen ook gr ij saard beduidt. Dit grijs slaat
op de zaadpluizen, die de planten na hun bloeiperiode een
grauw en grijs aanzien geven.
De namen Kankers en Kankerbloemen voor de Klaproos
(Papaver rhoeas L. heeft de plant gekregen, omdat men
vroeger de bloemblaadjes gebruikte om kanker te bestrij
den. Alleen voor het eiland Tholen vinden we in de litera
tuur een afwijkende, zelfs tegenstrijdige verklaring; men
meende kanker te zullen krijgen als men de steel in de
mond nam.
De zeer hardnekkige grassoort Kweek (Elytrigia repens
Nevski) staat op Schouwen bekend onder de naam Trekgos
("gos" gras).
Een andere grassoort, Trilgras (Briza media L. komt
maar op een paar plaatsen op Schouwen voor. De naam
Bevertjes slaat evenals de officiële naam op het feit dat
de aartjes bij het geringste zuchtje wind gaan trillen en
beven.
Van een aantal planten worden in het werk van Heukels
bepaalde namen voor Schouwen opgegeven, welke bij mijn
weten niet meer in gebruik zijn. Als er lezers zijn, welke
het gebruik van deze namen kunnen bevestigen, zou ik dit
gaarne van hen vernemen. Het betreft:
Kattedoorn (Ononis spinosa L. - Hetegaal, Kraaidoorn
Smalle weegbree (Plantago lanceolata L. - Hondsribbe,
Ezelsoren
Wilde Bertram (Achillea ptarmica L. - Koosekruid
(Koortskruid)
Akkerwinde (Convolvulus arvensis L. - Majewinde
Haagwinde (Calystegia sepium R. Br. - Heggetouwe,
Maaiwinde
Herderstasje (Capsella bur sa-pastoris Med. - (Wilde
Grutten
Klein Hoefblad (Tussilago farfara L. - Beverblaeren,
Dokken, Dokkeblaeren
Tot slot twee zoutminnende planten, de Zeeaster of Zulte
en het Zeekraal.
De Zeeaster (Aster tripolium L. wordt op Schouwen bijna
altijd aangeduid met Lamsoor. Dit geeft soms aanleiding
tot verwarring, daar de naam Lamsoor officieel toebedeeld