1$ Duiveland een voor de wetenschap nieuwe plante- of diere- soort oplevert. En omdat deze plantesoort - in dit geval een paddestoel - werd gepubliceerd in het door het Rijks herbarium uitgegeven tijdschrift Persoonia, dat niet iedereen leest, leek het me nuttig om er in Sterna eni ge aandacht aan te besteden. Op 10 november 1970 heeft de Leidse mycoloog Dr. C. Bas in de duinen vlak achter de Duinhoeve in Haamstede pad destoelen gevonden, die in het geslacht Psilocybe thuis horen. Het waren niet erg opvallende plaatjeszwammen, 1,5 - 3 cm hoog met een grijzig okerbruin tot 2,5 cm breed kleverig hoedje en een blauwverkleurende steelba- sis. Nu komen er op de schrale duingraslanden in ons kustgebied vele bijzondere paddestoelen voor, vooral als niet bemest en extensief begraasd worden. Ook deze bijzondere paddestoelen werden verzameld voor de collectie van het Rijksherbarium (Leiden) Alle naspeuringen ten spijt kon nergens in de literatuur een beschrijving van een Psilocybe worden gevonden, waar aan de Schouwse exemplaren voldeden. Ook de Mexicaan Dr. G. Guzmén, dè specialist voor deze paddestoelengroep, kende de soort niet. In zo'n geval moet zo'n paddestoel worden benoemd, beschreven (in het Latijn) en afgebeeld, dit alles volgens de regels van het Internationale Wet boek voor de Botanische Naamgeving. Dit nu is onlangs ge beurd en daarvan heb ik even willen getuigen in Sterna. De nieuwe soort heet Psilocybe liniformans (vanwege de als een draad aftrekbare lamellensnede) Het is overigens niet de eerste keer, dat op Schouwen- Duiveland een nieuwe soort wordt gevonden. Toevallig kreeg ik één dezer dagen een door het Rijksinstituut

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1978 | | pagina 15