29
Hoewel het slechts mogelijk bleek alleen de duinstrook
Haamstede - Burgh - Westenschouwen (Domein) in dit onder
zoek te betrekken meende de heer Leffef hieruit toch wel
een nagenoeg volledig beeld van de vlinderfauna van het
gebied te kunnen verkrijgen.
Met het onderzoek kon al in het begin van 1961 worden aan
gevangen. Gewerkt werd met een drietal zelfvangende licht
vallen (ook vanglampen of moth-traps genoemd). De nacht
vlinders vliegen aan op het licht en komen in de vangbak
terecht waar ze worden bedwelmd, om de volgende morgen te
worden gedetermineerd, geteld, en indien nodig te worden
opgezonden aan de heer Leffef. Deze was overigens dikwijls
zelf in Schouwen voor waarnemingen op het gebied van dag
vlinders, voor het werken met de pomplamp of lichtscherm
in moeilijk bereikbare gebieden, alsook voor het nagaan
van de flora en daaraan gebonden rupsen.
De lichtvallen waren geplaatst te:
1Westenschouwen (bij de westelijke ingang van de Doma-
niale dennenbossen), bediend door de heer A.M. v.d. Weel,
voorwerker bij de Dienst der Domeinen, thans gepensioneerd;
2. Burgh (in de duinstrook ten noorden van het dorp), bij
de woning van en bediend door ondergetekende;
3. Haamstede (in het bos bij het Slot), bediend door de
heer G. de Beer, destijds onderwijzer te Haamstede.
Twee seizoenen hebben de lichtvallen bij maar enigszins
redelijk weer hun werk verricht, met uitzondering van nr.
3, daar de heer de Beer tijdens het tweede seizoen uit
Schouwen vertrok. De lichtval te Burgh bleef ook in de
volgende jaren nog in bedrijf, zij het niet zo geregeld
als in de eerste jaren.
De aldus verkregen resultaten zijn door de heer Leffef
uitgewerkt en vormen een verslag van 112 pagina's. Waar
dit van belang werd geacht zijn bij enkele vlindersoorten
aanvullende vroegere en latere waarnemingen of bijzonder
heden toegevoegd.
Uit de inventarisatie kon met zekerheid worden vastge
steld de aanwezigheid van 5^9 vlindersoorten, waaronder
enige zeldzame. Van het genoemd aantal behoren 38 soorten
tot de z.g. "dagvlinders".