73 resultaat te bereiken. Men kan ook nog fundamenteler te werk gaan, men kan nagaan welke eigenschappen planten hebben die bij lagere temperaturen goed plegen te groeien. Dan vindt men bijvoorbeeld dat deze planten allen gemeen hebben dat hun celwanden voor een belangrijk deel bestaan uit onverzadigde vetzuren waardoor ze ook bij lage temperaturen soepel en functioneel blij ven. Men kan daarna proberen het gehalte aan onverzadigde vetzuren bij de tomaat op te voeren waardoor een betere groei bij lagere temperaturen be reikt wordt. Maar ook voor dit soort onderzoek moet een beroep worden ge daan op planten groeiend in hun natuurlijke omstandigheden. Als laatste voorbeeld wil ik een onderzoek noemen naar het optreden van ziektes in monocultures. Onze moderne landbouwmethodes zijn gebaseerd op monocultures. Ziekten en aantastingen die hierin optreden nemen vaak ramp zalige vormen aan. Ter bestrijding hiervan wordt dan gespoten met bestrij dingsmiddelen, tegenwoordig gewasbeschermingsmiddelen genaamd. Het gevolg hiervan is dat de ziekte resistentie ontwikkelt tegen het middel waardoor de volgende maal gebruik moet worden gemaakt van een ander, respectievelijk zwaarder landbouwvergifNu komen er in de natuur ook monocultures voor waarin aantastingen een veel milder verloop hebben en de schade zeer be perkt blijft. Er is als het ware een zeker evenwicht tussen gastheerplant en de ziekteverwekker. Over de mechanismen die dit evenwicht in stand hou den weten we nog niets. Het is echter van fundamenteel belang om deze me chanismen te leren kennen. De Landbouwhogeschool te Wageningen is nu dan ook begonnen met een onderzoek op De Boschplaat te Terschelling (een in ternationaal natuurmonument) om na te gaan hoe de monocultures van Lams oor daar reageren op optredende ziekten zoals meeldauw en roest. Vanuit dit experiment hoopt men alternatieven te ontwikkelen voor onze chemische bestrijdingsmethoden

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1978 | | pagina 75