Ventjagersplaat, hoewel ook de mogelijkheid bestaat dat ze door trekken naar de Hoeksche Waard. De andere "vluchtroute" loopt zuid waarts Er vanuit gaande dat de slaapplaats van de Rietganzen uit de Kram merpolder en de Galathesepolder de Steenbergse Vliet is, zijn we aangekomen bij de tweede mogelijkheid. De Slaapplaats. Dat ook de slaapplaats niet een vast gegeven is, moge blijken uit het volgende. Bij het vallen van de avond zag ik de Rietganzen uit de Galathese polder meerdere malen vertrekken in noordoostelijke richting (Ventjagersplaat) en meermalen ook arriveerden ze 's mor gens uit noordwestelijke richting (Slijkplaat) De tweede en derde mogelijkheid vallen misschien samen. Wanneer na melijk de ganzen bij verstoring vanuit de Krammerpolder of Galathe sepolder vertrekken in zuidelijke richting, hoeft het einddoel niet uitsluitend de slaapplaats te zijn. Ook de omgeving Oosterland-Ou- werkerkvbehoort tot de mogelijkheden. Konkluderend begeven de Riet ganzen van oost-Flakkee zich bij verstoring naar: 1. slaapplaats (Ventjagersplaat) of Hoeksche Waard; 2. slaapplaats (Steenbergse Vliet) of Schouwen. Zo kom ik tot de op de kaart aangegeven stippellijn. Met name de derde mogelijkheid (Schouwen) vormt voor mij een pro bleem. Het houdt me al enkele jaren bezig, maar ook een vogelaar kan maar op één plaats tegelijk zijn. Toch is er wel een oplossing te vinden. De laatste jaren worden in de D.D.R. aan de Gülpersee onder leiding van dr. H. Litzbarski Rietganzen van gekleurde halsbanden voorzien. Ganzen die op deze manier zijn "geringd" komen ook naar Flakkee en Schouwen. Geringde exemplaren zag ik bij ScharendijkeOosterland en in de Galathese- en Krammerpolder. Deze waarnemingen zijn van vóór 1977, toen voor de halsbanden alleen maar kleuren werden ge bruikt. In 1977 zijn gele halsbanden aangebracht met daarop zwarte letters, waardoor de ganzen nu individueel herkenbaar zijn. De volgende van gele halsbanden voorziene Rietganzen verbleven in de winter 77/78 in de Galathese- en Krammerpolder: TT UO BZ TZ RL SE. Wie deze Rietganzen op Schouwen of elders heeft gezien, zou kunnen meehelpen dit probleem op te lossen. Belangrijk te weten hierbij is, dat de kennis over de Rietganzen nog vrij beperkt is vergeleken met die van de andere ganzensoorten. De band tussen natuurliefhebbers op Goeree Overflakkee en Schouwen- Duiveland heeft voor de oprichting van de Vereniging voor Natuur- en Landschapsbescherming vastere vormen aangenomen. Mogen de halsbanden van de Rietganzen die band nog verstevigen. J. Everaers, Nieuwe Bloksedijk 7 te Achthuizen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1979 | | pagina 11