<jaamep$!ag
.23
Het jaarverslag 1978 van de Natuur-en Vogelwacht Schouwen-Duiveland
moeten we -helaas- beginnen met het vermelden van het overlijden van
enkele leden die zeer veel voor onze vereniging hebben betekend.
5 juni 1978 overleed, 51 jaar oud, Piet Zorge. Velen heeft hij, op
zijn bescheiden wijze, rondgeleid in de natuur en vooral door zijn
"eigen" terrein "Het Schelphoekbos"Wannneer wij in dit mooie na
tuurgebied vertoeven zullen wij steeds aan hem moeten denken.
De heer S.M. Quist overleed op 78 jarige leeftijd op 11 september
1978. Hij is altijd lid geweest van onze vereniging en heeft, met
zijn hele gezin, zich vele jaren ingezet voor het bewaken van de Kou-
dekerkse inlaag en in het bijzonder voor de klutenkolonie in dit ge
bied. Dat de klutenpopulatie op Schouwen er momenteel zo goed voor
staat is zeker mede aan hem te dankén.
Dan overleed op 29 november 1978, op 67 jarige leeftijd, ons erelid,
medeoprichter en oud-secretaris de heer N.Lysen.
Dat dit voor onze vereniging een enorm verlies is behoeft in dit ver
slag niet verder omschreven te worden, in de Sterna en ook in andere
tijdschriften is dit voldoende vermeld. We hebben om ons heen heel
veel natuur, waarmede als 't ware de naam Nico Lysen verbonden en ver
weven is.
Aan ons en onze vereniging de taak dit te behouden, zodat zijn nage
dachtenis hierin zal blijven voortleven.
Dit jaar zal het 30 jaar geleden zijn dat de Vogelwacht werd opge
richt. Als we de jaarverslagen van de eerste jaren van ons bestaan
eens zouden doorlezen dan zien we dat er heel wat veranderd is in de
werkwijze van onze vereniging. Maar het doel is onveranderd, al de
jaren door, hetzelfde gebleven n.l. bescherming van alles wat in de
natuur leeft en groeit. Ook in het afgelopen jaar zijn alle aktivi-
teiten hierop gericht geweest, soms door direct en soms door indirect
natuurbeheer. Dit laatste is zeker zo belangrijk, al is het misschien
wat minder prettig. Men moet immers eerst de nog aanwezige natuur
veilig stellen, dikwijls door vele vergaderingen, besprekingen, hoor
zittingen, protesten en bezwaarschriften. Dan pas kan men daadwerke
lijk van de natuur genieten door wandelingen, observeren, inventari
seren, fotograferen enz.Dit is ook weer gebleken uit de definitieve
aanwijzing van de Kop van Schouwen als natuurmonument. Vele uren van
besprekingen en vergaderingen zijn hieraan voorafgegaan, zowel door
voor- als tegenstanders, met als resultaat tientallen bezwaarschrif
ten en zelfs een handtekeningaktie tegen deze aanwijzing. Maar tot
onze grote blijdschap en dankbaarheid is er nu een reële kans, via
deze aanwijzing, dat er tenminste nog een gedeelte van de mooie na-