45 - De Futen (met als belangrijkste de Gewone Fuut) zijn over het algemeen op hetzelfde peil gebleven. Sprak Mörzer-Bruins destijds van 1,4 van het totaal, wij vonden 1,2 De Roodhalsfuut is deze winter echter beduidend minder gevonden dan destijds, dit kan tijdelijk zijn want enige jaren terug vonden we er veel meer. - De Noordse Stormvogel is als olieslachtoffer duidelijk toegenomen, dit is wel te verklaren want de populatie heeft zich uitgebreid. Mör zer-Bruins kon destijds nog 1 noteren, wij vonden bijna 4 - Precies andersom is het geval bij de Jan-van-Gent. Destijds nog 4 nu "slechts" 0,4 Een duidelijke verklaring hebben we hier niet voor, want uit tellingen uit de rest van Nederland blijkt de Jan-van-Gent gelijk te blijven. - Het grote verschil komt als we de aantallen van de Zwarte- en Grote Zeëend vergelijken. Geeft het overzicht van Mörzer-Bruins 41 aan, wij kwamen nauwelijks aan de 1,5 Een ongeloofwaardig groot verschil dat nauwelijks te verklaren lijkt. Een verklaring kan alleen maar gegeven worden als ook in de rest van Nederland en West-Europa een dergelijke tendens voordoet. - De rest van de eenden zoals Smient, Toppereend, Wilde Eend enz. ver schillen nogal wat onderling als we onze gegevens vergelijken met die van Mörzer-Bruins. De optelsom van al deze soorten eenden brengt echter beide onderzoeken dicht naast elkaar (ongeveer 1 k 1,5 van het to taal - De Ganzen (alle soorten bij elkaar geteld) maken in 8o/81 0,5 van het totaal uit tegen 0,1 destijds. - De Meerkoet is toegenomen als slachtoffer. De 0,2 van Mörzer-Bruins is nu ruim 1 - Dat de meeuwachtigen in absoluut aantal zijn toegenomen de laatste de cennia is eenieder bekend. Sommige soorten (als Zilvermeeuw) namen en nemen nog steeds explosief toe. De schuld van deze ontwikkeling ligt bij ons zelf. De meeuwen profiteren van onze "weelderige" maatschap pij. Het eten ligt voor hen voor het oprapen, ons afval is hun leven. De toegenomen percentages van cultuurvogels is hiermee dan ook gelijk verklaard - Grote Mantelmeeuw nam toe van destijds 1 tot nu 3,5 - De Zilvermeeuw geeft eenzelfde beeld. Gaf Mörzer-Bruins 3,5 op, wij berekenden 10,2 ook een verdriedubbeling. - Stormmeeuw bleef gelijk met 2 van het totaal. - Ook de Kokmeeuw wordt meer gevonden. M.F. Mörzer-Bruins vond 0,8 De 2,1 van nu is een verdriedubbeling. - Enorm gestegen is het aantal Drieteenmeeuwen als olieslachtoffer. Kon het verslag van Mörzer-Bruins nog 1,5 aangeven, bij ons verslag ma ken de Drieteenmeeuwen een kwart uit Van het totaal. - De Alk bleef constant: Mörzer-Bruins 3,5 thans 3,7 - Verdubbeld ten opzichte van de jaren 47/58 heeft zich het percentage Zeekoeten als olieslachtoffer. De 18 in het verslag van Mörzer-Bruins is nu 32,5 bij ons totaal. Bij het maken van vergelijkingen zoals boven moeten we echter toch een zekere slag om de arm houden. Het verslag van Mörzer-Bruins beslaat een periode van 11 jaar en behan delt de gehele Nederlandse kust. Ons verslag is slechts een momentopname, en behandelt alleen de kust van het Deltagebied.

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1981 | | pagina 11