van hieruit herbevolking plaats. Overigens werd in 1980 ook te Stellen dam meerdere malen op dezelfde plaats een Steenuil gezien (mededeling H. van Dam). Hoewel het slechts om één exemplaar ging is het, in het licht van het hierboven gestelde omtrent het gedrag, niet uitgesloten dat van een broedgeval sprake was. Het aantal broedparen zou in 1980 geschat kunnen worden op één a vier. De Ransuil Niet alleen landelijk, maar ook op ons eiland is dit de meest algemene uil. Ransuilen komen vaak samen op gemeenschappelijke slaapplaatsen Op Goeree-Overflakkee zijn mij zes van dergelijke slaapplaatsen bekend. Het gaat hierbij om slaapplaatsen waar maximaal tien exemplaren de dag doorbrengen. Het rekreatiebosje te Oude Tonge vormt daarop een uitzonde-

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1981 | | pagina 17