nlfmtfPEii d& ScJumi'é& ft Inleiding In Sterna nr. 3 en 4 van 1980 heb ik een algemene inleiding geschreven over de vegetatie van dijkenin het bijzonder die van de Schouwse dij ken. Dat verhaaltje berust op de ervaringen van de plantenwerkgroep op gedaan bij de dijk-inventarisaties in 1980. Ook in 1981 hebben we weer een aantal Schouwse dijken geïnventariseerd. Alhoewel we nog niet elke dijk geïnventariseerd hebbendenken we nu toch een goed overzicht van de flora van de Schouwse binnendijken te hebben. De verzamelde gegevens worden hieronder samengevat in een totaal-lijst van plantensoorten van de Schouwse binnendijken en een grove schatting van de mate van voorko men van die soorten op de dijken. Werkwijze. Vooraf enige opmerkingen over onze werkwijze en de opzet van de tabel. De soortenlijsten vooral de mate van voorkomengeldt voornamelijk voor de ouderelatief onveranderde en vaak meer zandige binnendijken in het midden-gebied van Schouwen-Duiveland, gelegen tussen Sirjansland, DreischorNoordgouweZonnemaire en Brouwershaven. Op deze dijken ko men de soortenrijks te vegetaties voor. Over het algemeen komen op de nieuwe binnendijkenbijvoorbeeld de Delingsdijk, of sterk verzwaarde binnendijkenbijvoorbeeld de tussen Brouwershaven en Zierikzee gelegen Schouwse dijk, vrij soortenarme vegetaties voor. Deze dijken hebben een zwaardere klei-deklaagworden meestal intensief gebruikt en hebben een vegetatie die identiek is aan die van een modem kunstmest-weiland. Na afloop van een inventarisatie van een dijkvak werd voor elke soort met een code de mate van voorkomen genoteerd. Aan de hand van deze gege vens gekorribineerd met de veldervaringenis in de totaal-lijst voor elke soort getracht de mate van voorkomen weer te geven. Bedacht moet worden dat deze codering voornamelijk een indicatieve waarde heeft. In de tabel is tevens met een getal aangegeven wat de zeldzaamheid van de desbetreffende soort in Nederland was tussen 1950 en 1975. Deze zeldzaam heid is door het Rijksherbarium berekend met behulp van de uurhokfre- quentie. Hiervoor is over de kaart van Nederland een raster van genummer de vierkanten van 5 bij 5 km gelegd. Op het Rijksherbarium zijn van elk vierkantinventarisatie-gegevens bekend. Eén vierkant is een uurhok 5 km is een uur lopen). Komt een soort in weinig uurhokken voor dan wordt er van uitgegaan dat die soort zeldzaam is. Komt de soort in veel hokken voor dan is het een algemene soort. In de tabel zijn alleen soorten opgenomen die op de dijken voorkomen niet die in of langs een aanliggende sloot groeien. Er zijn echter wel enige soortenkenmerkend voor slootkanten, die soms onder aan een dijk groeien. Deze zijn wel in de tabel opgenomen, bijvoorbeeld Valse Vos- zegge, Gevleugeld Hertshooi, Zeebies en Zeegroene Rus.

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1981 | | pagina 7