Kokmeeuw Vanaf het begin van onze waarnemingen, dat is bij aankomst op de Hompel voet op 1 april, zijn er al duizenden Kokmeeuwen aanwezig. Al direkt zijn duidelijk twee groepen te onderscheiden die ook apart opvliegen, de ene broedt in het Schor, de andere iets weestelijker bij de Kreek. Ook op andere plaatsen zoals de 2e Sternbank werd weer begonnen. In vo rige jaren hebben we deze ontwikkeling met gemengde gevoelens aangezien omdat we denken dat een sterk geconcentreerde groep "witte vogels" aan trekkelijker is voor de Grote Sterns om zich daarbij te vestigen. Boven dien zou splitsing van de bestaande kolonie Grote Sterns in meerdere kleine groepjes de bewaking er niet eenvoudiger op maken. Totaal kwamen hier zo'n kleine duizend paar broeden. Het is dan ook in de toekomst best mogelijk dat zich hier ook Grote Sterns gaan vestigen. Buiten de al genoemde broedplaatsen heeft er ook op Noord bij de Kluten- bank een groepje gezeten van ca. 75 paar. Bovendien bestond de indruk dat de oude kolonie Schor/Kreek ook iets gro ter was dan voorheen. Tellingen van slaapvluchten wijzen in die richting, zodat een totaal van 7000 paar op de Hompelvoet een voorzichtige raming is. Aan het eind van het seizoen werd evenals het vorig jaar een flinke sterfte gekonstateerd onder de jonge net vliegvlugge Kokmeeuwen. Honder den dode ex. van deze leeftijdsklasse lagen er over het eiland verspreid. Wat precies de oorzaak is van deze sterfte, is ons niet duidelijk, mo gelijk een soort parasitaire ziekte. Een aantal exemplaren zal worden opgestuurd naar het C.D.I. Zilvermeeuw Wat uitgebreider aandacht voor deze soort waarvan de landelijke toename de laatste jaren met zorg wordt aangezien. De uitbreidingstendens zoals die al een aantal jaren gesignaleerd wordt, zet zich ook op de Hompel voet voort. Het hele broedseizoen verblijven er tamelijk grote groepen Zilvermeeu wen op de Hompelvoett. Dit zijn hoofdzakelijk jonge, nog niet volwassen vogels, waarvan de aantallen variëren van enkele honderden tot meer dan 1000 ex. Naarmate het harder waait zoeken er meer een rustplaats op de plaat. Mo gelijk komen er nieuwe broedvogels uit deze groepen voort. Over predatie op andere vogels, de oorzaak van de bezorgdheid het volgende. Op de Hompelvoet leeft de Zilvermeeuw voornamelijk van Strandkrabben die op de dammen voor oeververdediging, talrijk voorkomen, ook mossels worden nogal eens buit gemaakt Waarschijnlijk wordt bij harde wind, wanneer deze voedselbron moeilijk bereikbaar is, meer uitgekeken naar alternatief voedsel, zoals eieren en jonge vogels. Overigens wordt het voedsel in de wijde omtrek gezocht, wat blijkt uit het vinden van Rietvoorns (zoetwatervis)allerlei botjes en ander men selijk afval o.a. tal van plastic zakken. De omgeving van het nest kan tegen de tijd dat de jongen vliegvlug zijn net zo'n kleine vuilnisbelt lijken Het valt op dat het meestal maar enkele en steeds dezelfde vogels zijn

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1982 | | pagina 18