MaarnenunqM. 'ockoMweti'Viïfvelaric/, naar T&d Gliayiw er voor djOercjz Overflakkgg., raar dryr larie. Lepelaar: 20-5-'82, 3 ex. Scheelhoek (M. en C. Tanis) Brandgans20-5-'82, mogelijk verzwakt, Scheelhoek (M. en C. Tanis) Velduil5-5-'82, Preekpolder (K. Tanis) Blauwborst10-7-'82, Oostduinen (K. Tanis) Roodborsttapuit1982, broedend, Westhoofd (K. Tanis) Zwarte Stern: 30-4-'82, 25 ex. Haringvliet (P. Baldé)13-5-'82, Zuider- diep (K. Tanis) Wielewaal19-5-'82, Bokkepolder (K. Tanis) Geelgors27-5-'82, 4 ex. Kroningspolder (C. Verhage) TERREINONDERHOUD VOGELWERKGROEP De Koudekerkse Inlagen zijn een schakel in een lange reeks inlagen aan Sehouwens zuidkust. De in de inlagen optredende milieudynamiek (o.a. wisselende waterstan den en zoute kwel), gunstige ligging, samen met betrekkelijke rust, me de voortvloeiend uit een schraal agrarisch gebruik èn een goed beheer, hebben in het verleden gezorgd voor een grote broedvogelrijkdom. Het was en is dan ook bedroevend te moeten konstateren dat de laatste decennia een jaarlijkse daling van deze rijkdom te zien gaven. Een van de belangrijkste oorzaken moet gezocht worden in het door de mens ver lagen van het polderpeil. Hierdoor blijft in winter en voorjaar minder water in de inlaag staan, de grond wordt aldus 'warmer' en grassen tieren weliger op de voorheen kale of schaars begroeide plaatsen. Bovendien verdrogen in de zomer vrijwel alle ondiepe plassen en slikplekjes, welke nu juist belangrijke fourageerplaatsen zijn voor de pas uit het ei gekropen jonge vogels. Geen al te optimistisch verhaal, hoewel er met wat moeite iets aan te doen is. Want in aansluiting op eerdere werkzaamheden (februari 1981) in de Koudekerkse Inlagen heeft de vogelwerkgroep zich ook begin 1982 ingezet voor het behoud van de broedplaatsen in deze landschapsbepalende inlaag. Doot toedoen van o.a. voorzitter F. Jansen is het mogelijk geworden werk zaamheden te verrichten in deze inlagen van de Vogelbescherming Op diverse daarvoor geschikte plaatsen zijn -al dan niet fraaie- kist dammen gekonstrueerd. Er wordt gepoogd zoveel mogelijk water in de in laag te houden en zodoende bovengenoemd euvel te verhelpen. Of de naast gelegen Oosterscheldewerken een inspiratie zijn geweest voor de noeste grondwerkers valt zeker te betwijfelen, maar feit is dat een aantal vrij willigers een stuk nuttig werk heeft verricht. Benieuwd zijn we in ieder geval wel of de werkzaamheden hun vruchten zullen afwerpen. Al keerde er nog maar een fraktie terug van het nostalgische beeld van overvolle inlagen met broedvogels Ted Sluijter.

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1982 | | pagina 43