84* tal broedende Ransuilen op Oost-Flakkee toenam van 1 2 tot 4 k 5,moet iedereen te denken geven. Als nestleverancier voor Uilen en Roofvogels zou de Zwarte Kraai op Flakkee welkom moeten zijn. Op Goeree is de Zwarte Kraai minder zeldzaam. Het aantal broedparen o- ver de afgelopen vijf jaar bedraagt gemiddeld ongeveer tien paar (mede deling K. Tanis) De Bonte Kraai is op ons eiland doortrekker en wintergast. De eerste vogels verschijnen ongeveer half oktober en op een enkele achterblijver na zijn ze in april weer vertrokken. Naast deze "echte" kraaien komen op Goeree Overflakkee ook Kauwtjes voor. De soort broedt in beperkt aantal op Goeree en volgens de Atlas van de Nederlandse Broedvogels ook op Midden-FlakkeeTen oosten van de lijn Grevelingendam - Stad aan het Haringvliet ontbreekt de Kauw als broed- vogel. Herbevolking vanuit het oosten lijkt in de toekomst mogelijk aan gezien nu reeds in het broedseizoen Kauwtjes aanwezig zijn in de meeu wenkolonie op het Hellegatsplein. Buiten de broedtijd zijn deze vogels in redelijke aantallen te zien bij de vuilstortplaatsen van Middelharnis en Stellendam en in de weilanden van de Oude Oostdijk. Gebrek aan natuur lijke nestholten (knotwilgen!) is waarschijnlijk de oorzaak van de afwe zigheid als broedvogel op Oost-Flakkee. Overigens heeft de gemeente Oost-Flakkee geen centrale stortplaats binnen de gemeente, hetgeen het geringere voorkomen van de Kauw ook buiten het broedseizoen verklaart. 3

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1982 | | pagina 6